De voorzitter opent de zitting op 12/09/2024 om 20:03.
De vergadering wordt om 20.18 uur tijdelijk geschorst bij agendapunten 9 op vraag van raadslid Patrick Dossche.
De vergadering wordt hernomen bij hetzelfde agendapunt om 20u35.
De openbare zitting wordt beëindigd om 21.24 uur.
De besloten zitting wordt geopend om 21.30 uur.
Nicholas Spinel, Voorzitter
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 32
Gemeenteraadsbesluit van 29 mei 2019 houdende goedkeuring huishoudelijk reglement gemeenteraad, artikel 31 en 32
De notulen en het zittingsverslag van de vergadering van de gemeenteraad worden onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur opgesteld.
Behalve in spoedeisende gevallen worden de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering ten minste acht dagen voor de dag van de vergadering ter beschikking gesteld van de gemeenteraadsleden.
Elk gemeenteraadslid heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de gemeenteraad worden aangenomen, worden de notulen en het zittingsverslag in die zin aangepast.
Als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze ondertekend door de voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur.
Het zittingsverslag is te bekijken op https://youtu.be/YI8mi-Y1kv0
De gemeenteraad keurt de notulen en het zittingsverslag van de gemeenteraadszitting van 26 juni 2024 goed.
Kim Martens, burgemeester
Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen van 30 maart 2018, inzonderheid de artikelen 6, 29 en 108
Ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen, inzonderheid artikel 5
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 over het voorontwerp van de beleidsrapporten en de opvolgingsrapportering, inzonderheid artikelen 171 §4, 176 en 263
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 over de voorafgaande krediet- en wetmatigheidscontrole, het debiteurenbeheer, de thesaurietoestand, de liquiditeitsprognose, de beheerscontrole, de evolutie van de budgetten en de financiële risico's, artikel 177
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 over het systeem van klachtenbehandeling, artikel 302 en 303
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 over de jaarlijkse rapportering over de organisatiebeheersing, artikel 219
Gemeenteraadsbesluit van 18 december 2019 tot vaststelling van het meerjarenplan 2020-2025
Gemeenteraadsbesluit van 16 december 2020 tot vaststelling van de meerjarenplanaanpassing 2020-2025 - aanpassing 1
Gemeenteraadsbesluit van 22 december 2021 tot vaststelling van de meerjarenplanaanpassing 2020-2025 - aanpassing 2
Gemeenteraadsbesluit van 21 december 2022 tot vaststelling van de meerjarenplanaanpassing 2020-2025 - aanpassing 3
Gemeenteraadsbesluit van 20 december 2023 tot vaststelling van de meerjarenplanaanpassing 2020-2025 - aanpassing 4
Gemeenteraadsbesluit van 14 september 2023 over meerjarenplan 2020-2025 - opvolgingsrapportering eerste semester 2023
Gemeenteraadsbesluit van 29 mei 2024 over de jaarrekening 2023
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 11 juni 2024 over kwartaalrapportering eerste tot vierde kwartaal 2023
Gemeenteraadsbesluit van 26 juni 2024 over kwartaalrapportering eerste tot vierde kwartaal 2023
Overeenkomstig artikel 263 van het decreet lokaal bestuur bepalen de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn wanneer hen een opvolgingsrapportering, met een stand van zaken van de uitvoering van het meerjarenplan, wordt voorgelegd. Hierbij wordt minstens voor het einde van het derde kwartaal een opvolgingsrapportering over het eerste semester van het boekjaar voorgelegd.
Volgens artikel 29 van het besluit van de Vlaamse Regering over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen hoort de opvolgingsrapportering minstens volgende elementen te bevatten:
In functie van de rapportering over het meerjarenplan 2020-2025 werd geopteerd voor een rapportering op actieniveau.
Overeenkomstig artikel 171 van het decreet lokaal bestuur staat de financieel directeur in volle onafhankelijkheid in voor:
De financieel directeur rapporteert in volle onafhankelijkheid over de volgende aangelegenheden aan de gemeenteraad, aan de raad voor maatschappelijk welzijn, aan het college van burgemeester en schepenen, en aan het vast bureau:
Overeenkomstig artikel 303, §3 rapporteert de algemeen directeur jaarlijks aan de gemeenteraad over de klachten ingediend tegen de gemeente.
Overeenkomstig artikel 219 rapporteert de algemeen directeur jaarlijks aan het college van burgemeester en schepenen, de gemeenteraad, de raad voor maatschappelijk welzijn en het vast bureau over de organisatiebeheersing. Die rapportering gebeurt jaarlijks uiterlijk voor 30 juni van het daaropvolgende jaar.
Lokaal bestuur Lievegem wil de decretaal verplichte rapporteringen integreren tot één beleidsrapport en uitbreiden met informatie over de reguliere werking en dienstverlening. Aan de hand van dit beleidsrapport kan het beleid en het management gefundeerde beslissingen nemen en de werking op een goede manier sturen.
De kwartaalrapportering werd in 2022 opgestart met een aantal pilootteams en nadien geëvalueerd. Voor 2024 opteerden we voor een beknoptere rapportering, verplicht voor alle teams. Deze rapportering omvat per team en per kwartaal:
Ook de verplichte rapporteringen werden hierin opgenomen:
Om de kwartaalrapportering gelijk te schakelen met de opvolgingsrapportering, hebben we op advies van het Agentschap Binnenlands Bestuur (ABB) de naamgeving van de kwartaalrapportering Q2, Q3 en Q4 aangepast naar "opvolgingsrapportering". Hiermee voldoen we aan de minimumvereisten van het decreet lokaal bestuur, dat bepaalt dat elk bestuur minimaal één keer per jaar een opvolgingsrapportering aan de raad moet voorleggen. De eerste opvolgingsrapportering moet minstens betrekking hebben op het eerste semester van het boekjaar en moet plaatsvinden vóór het einde van het derde kwartaal van het lopende jaar.
Vanaf 2024 werd de kwartaalrapportering (update prioritaire en niet-prioritaire acties, verbeteracties organisatiebeheersing, informatie en statistieken dienstverlening, financiële rapportering, ...) geautomatiseerd binnen Pepperflow, een tool voor projectbeheer en monitoring. Een rapportering per kwartaal was nog niet mogelijk wegens de opzet van het systeem en de leercurve voor de verschillende teams. Ons streefdoel blijft nog altijd een rapportering per kwartaal.
Enig artikel
De gemeenteraad neemt kennis van de opvolgingsrapportering 2024 over het eerste tot tweede kwartaal 2024, zoals gevoegd in bijlage.
Guy De Neve, schepen
Het decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 over de bevoegdheden van de gemeenteraad, artikel 40 §3
Het besluit van de gemeenteraad van Lievegem van 26 juni 2024 over detailhandelsplan Lievegem: vaststelling
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 5 maart 2024 over het gemeentelijk subsidiereglement verhuispremie: principiële goedkeuring
Lokaal bestuur Lievegem heeft in samenwerking met de Provincie Oost-Vlaanderen een detailhandelsplan voor Lievegem opgemaakt.
Uit dit detailhandelsplan zijn verschillende actiepunten ontstaan, waaronder het voorzien van een verhuispremie.
Verhuispremie Lievegem:
De bedoeling van deze premie is om de aantrekkingskracht van de handelskern te verhogen door Lievegemse handelaars te stimuleren hun handelszaak te herlokaliseren van buiten het kernwinkelgebied naar binnen het kernwinkelgebied. Hiermee willen we ook de leegstand in de kern verminderen.
Ondernemers die detailhandel of horeca aanbieden in hoofdactiviteit kunnen hiervoor in aanmerking komen.
Volgend premiebedrag wordt voorzien:
* De verhuispremie bestaat voor de huurder uit een éénmalige tussenkomst van 50% van de huurgelden, incl. de maandelijkse vaste kosten zoals bepaald in de nieuwe huurovereenkomst, gedurende een periode van maximaal 6 maanden, met een maximum van €5.000.
* De verhuispremie bedraagt voor de eigenaar een éénmalige vaste tegemoetkoming van €5.000. Hiervoor moeten ze wel voldoen aan de locatie- en aanvrager gebonden voorwaarden zoals opgesteld in bijgevoegd subsidiereglement en de handelszaak moet minstens drie jaar door de aanvrager uitgebaat worden.
Voor uitvoering van dit subsidiereglement zal jaarlijks een krediet van 15.000 euro (op basis van 3 aanvragen van maximum 5.000 euro) worden voorzien op jaarbudgetrekening xxxx/GBBOMG/0500-00/6492000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN.
Artikel 1
De gemeenteraad stelt het subsidiereglement verhuispremie voor ondernemers vast.
Artikel 2
Het subsidiereglement treedt vanaf 1 oktober 2024 in werking.
Martine Lataire-Gyssels, schepen
Caroline Fredrick, schepen
Jeroen Van Acker, schepen
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, inzonderheid artikel 40 §3: de gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen vast
Het besluit van de gemeenteraad van 3 juni 2020 over de vaststelling algemeen erkenningsreglement Lievegemse verenigingen
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 2 juli 2024 over de principiële goedkeuring van de aanpassing algemeen erkenningsreglement Lievegemse verenigingen
Het algemeen erkenningsreglement voor Lievegemse verenigingen, vastgesteld op de gemeenteraad van 3 juni 2020 stelt dat de duur van de erkenning is gekoppeld aan de duur van de legislatuur.
Artikel 1: Verenigingen uit Lievegem kunnen een aanvraag indienen om zich als Lievegemse vereniging te laten erkennen door het college van burgemeester en schepenen. Een erkenning geldt voor een beleidsperiode en wordt na de installatie van de gemeenteraad opnieuw aangevraagd.
Voorgesteld wordt de koppeling duur van de erkenning aan de duur van de legislatuur te schrappen. Het is een administratieve lastvermindering voor de verenigingen en het levert geen extra voordeel of meerwaarde om alle verenigingen elke 6 jaar de administratieve procedure te laten doorlopen. Bovendien zou dit voor de verschillende betrokken teams tijd- en werkbesparend zijn.
Voorgesteld wordt volgende bepaling op te nemen in artikel 6: Het lokaal bestuur kan steeds de nodige gegevens opvragen indien ze de herbevestiging van de erkenning noodzakelijk achten.
Het aangepast algemeen erkenningsreglement werd principieel goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen van 2 juli 2024.
Artikel 1
De gemeenteraad stelt het aangepast algemeen erkenningsreglement Lievegemse verenigingen vast.
Artikel 2
Dit aangepast reglement treedt in werking op 1 oktober 2024.
Artikel 3
Het algemeen erkenningsreglement Lievegemse verenigingen, vastgesteld door de gemeenteraad van 3 juni 2020 wordt opgeheven.
Chris De Wispelaere, schepen
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40 §3 en 41, 2 inzake de bevoegdheden van de gemeenteraad tot vaststelling van dit reglement
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 286 inzake de bekendmaking van de reglementen en de verordeningen van de gemeenteraad
Koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer
Koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg
Ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald.
De gemeenteraad is bevoegd om politiereglementen op de gemeentewegen vast te stellen.
Door een inwoner uit de Karel Lodewijk Ledeganckstraat werd de volgende melding doorgestuurd:
"Dagelijks rijden heel wat fietsers en vooral kinderen door de Azijnwegel in Zomergem. Ter hoogte van de Kleitstraat is er een zebrapad waar veilig kan overgestoken worden. Thv de Luitenant Dobbelaerestraat is er helaas niets. Een fietsoversteekplaats met voorrang voor fiets zou wel veiliger zijn voor de schoolgaande kinderen en ook ouderen die dagelijks die oversteek maken. Ook als je uit de wegel gaat en richting Den Boer gaat wordt dit iets veiliger. Richting Den Boer is er geen enkel zebrapad of veilig oversteekplaats voor de mensen die vanuit de omgeving Kleitstraat, Rijvers komen, die de wegeling nemen. Ook de klimop die door de buren is aangebracht mag gesnoeid worden. Dit versmalt de wegeling om elkaar te kruisen".
Artikel 1
De gemeenteraad beslist volgend aanvullend reglement op het wegverkeer vast te stellen :
Een zebrapad aanbrengen in de Luitenant Dobbelaerestraat ter hoogte van de Azijnwegel, 9930 Lievegem.
Artikel 2
Deze verkeersmaatregel wordt als volgt gesignaleerd:
Aanbrengen van zebrapad
Artikel 3
Dit aanvullend reglement op het verkeer gaat in voege vanaf 13 september 2024.
Chris De Wispelaere, schepen
Nieuwe gemeentewet, inzonderheid artikel 130 bis
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 286
Koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer
Koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg
Ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald
Het decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens
Het uitvoeringsbesluit van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens
Het Gemeenteraadsbesluit van 29 mei 2024 houdende vaststelling van het aanvullend reglement op het wegverkeer: parkeerplaatsen voorbehouden voor het opladen van elektrische personenwagens op verschillende locaties:
De gemeenteraad is bevoegd om politiereglementen op de gemeentewegen vast te stellen.
Voor de plaatsing van de signalisatie voor het parkeren van elektrische voertuigen is een aanvullend reglement vereist.
Om de doelstellingen uit het lokaal energie- en klimaatpact te behalen, heeft het gemeentebestuur beslist om de 3 Lievegemse elektrische dienstwagens onder te brengen in een systeem van deelwagens. Om de kans op slagen van het deelsysteem te verhogen, is het aangewezen om voorbehouden parkeerplaatsen te voorzien voor deze wagens. Volgende locaties worden hierbij voorgesteld (telkens één parkeerplaats):
Dit betekent de volgende aanpassingen in artikel 1 van het Gemeenteraadsbesluit van 29 mei 2024:
Artikel 1
De gemeenteraad beslist volgend aanvullend reglement op het wegverkeer vast te stellen: er worden parkeerplaatsen voorzien die voorbehouden zijn voor het opladen van elektrische personenwagens op de volgende locaties:
Artikel 2
De verkeersmaatregel zoals vermeld in artikel 1 wordt als volgt gesignaleerd: verkeersbord E9a met een onderbord voorzien van een symbool “elektrische personenwagen”
Artikel 3
De gemeenteraad beslist volgend aanvullend reglement op het wegverkeer vast te stellen: er worden parkeerplaatsen voorzien die voorbehouden zijn voor het opladen van elektrische deelpersonenwagens op de volgende locaties:
Artikel 4
De verkeersmaatregel zoals vermeld in artikel 3 wordt als volgt gesignaleerd: verkeersbord E9a met een onderbord voorzien van een symbool “elektrische personenwagen + autodelen”
Artikel 5
Dit aanvullend reglement op het verkeer gaat in voege vanaf 17 september 2024.
Artikel 6
Het aanvullend reglement van 29 mei 2024 wordt opgeheven
Chris De Wispelaere, schepen
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40 §3 en 41, 2 inzake de bevoegdheden van de gemeenteraad tot vaststelling van dit reglement
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 286 inzake de bekendmaking van de reglementen en de verordeningen van de gemeenteraad
Koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer
Koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg
Ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald.
Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 6 augustus 2024 over Aanvraag parkeerplaats voor personen met een handicap - Nijverheidsstraat 96, 9950 Lievegem: goedkeuring
De gemeenteraad is bevoegd om politiereglementen op de gemeentewegen vast te stellen.
De vraag van Cornelia Tack, Nijverheidsstraat 96, 9950 Lievegem, om ter hoogte van haar woning een parkeerplaats voor personen met handicap te voorzien omdat ze moeilijk te been is.
Volgens de regelgeving kan er een voorbehouden parkeerplaats op de openbare weg worden voorzien in de nabijheid van een woning. Hierbij wordt gevraagd rekening te houden met de volgende aandachtspunten:
• De werk- of woonplaats beschikt niet over een garage, inrit, privé-parking of andere mogelijkheid die een vlotte toegankelijkheid waarborgt.
• De aanvrager bezit een voertuig of wordt vervoerd door iemand die bij hem inwoont.
• De aanvrager bezit een officiële en geldige parkeerkaart voor personen met een handicap.
Er kan een parkeerplaats voorzien worden omdat mevrouw een eigen wagen bezit, geen garage, inrit of privé-parkeerplaats heeft en omdat mevrouw een parkeerkaart voor personen met handicap heeft.
Het parkeervademecum schrijft voor om per 17 parkeerplaatsen een parkeerplaats voor personen met handicap te voorzien.
De gevraagde parkeerplaats ter hoogte van de woning kan worden toegestaan.
Artikel 1
De gemeenteraad beslist volgend aanvullend reglement op het wegverkeer vast te stellen:
Een parkeerplaats voor personen met een handicap ter hoogte van Nijverheidsstraat 96, 9950 Lievegem.
Artikel 2
Deze verkeersmaatregel wordt als volgt gesignaleerd:
De parkeerplaats wordt aangeduid met het bord E9a.
Artikel 3
Dit aanvullend reglement op het verkeer gaat in voege vanaf 13 september 2024.
Chris De Wispelaere, schepen
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40 §3 en 41, 2 inzake de bevoegdheden van de gemeenteraad tot vaststelling van dit reglement
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 286 inzake de bekendmaking van de reglementen en de verordeningen van de gemeenteraad
Koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer
Koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg
Ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald.
De gemeenteraad is bevoegd om politiereglementen op de gemeentewegen vast te stellen.
Er is vraag voor een bijkomende parkeerplaats op de parking van het sportcentrum Lovendegem omdat de huidige 2 plaatsen regelmatig allebei worden ingenomen (bij activiteiten in de bol- en petanquezaal.
Het parkeervademecum schrijft voor om per 17 parkeerplaatsen een parkeerplaats voor personen met handicap te voorzien.
Rekening houdende met het aantal parkeerplaatsen op het sportcentrum is het voorzien van een een bijkomende parkeerplaats aangewezen.
Artikel 1
De gemeenteraad beslist volgend aanvullend reglement op het wegverkeer vast te stellen:
Een bijkomende parkeerplaats voor personen met een handicap op de parking van het sportcentrum Lovendegem. Deze parkeerplaats komt naast de 2 bestaande parkeerplaatsen dichtbij de bol- en petanquezaal.
Artikel 2
Deze verkeersmaatregel wordt als volgt gesignaleerd:
De parkeerplaats wordt aangeduid met het bord E9a.
Artikel 3
Dit aanvullend reglement op het verkeer gaat in voege vanaf 1 oktober 2024.
Dit punt wordt verdaagd naar de volgende zitting.
Chris De Wispelaere, schepen
Freddy Haegeman, schepen
Nieuwe gemeentewet, inzonderheid artikel 130 bis
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40 §3 en 41, 2 inzake de bevoegdheden van de gemeenteraad tot vaststelling van dit reglement
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 286 inzake de bekendmaking van de reglementen en de verordeningen van de gemeenteraad
Koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer
Koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg
Ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald
De gemeenteraad is bevoegd om politiereglementen op de gemeentewegen vast te stellen.
Omwille van doorgaand zwaar verkeer (+3.5 ton) in verschillende woonkernen of centrumstraten wordt voorgesteld een verbod in te voeren op doorgaand verkeer +3.5 ton; enkel plaatselijk verkeer wordt nog toegestaan.
In de deelgemeente Waarschoot zijn er reeds 4 locaties met een verbod op doorgaand verkeer +3.5 ton:
Voor de locatie Berg en omgeving werd nog geen beslissing genomen. Met het huidig voorstel wordt er een verbod op doorgaand verkeer +3.5 ton ingevoerd in Keerstraatje, Arsène De Preststraat, Dillestraat, Zavelput, Bergkouter, Karis, Zevenbunders Willemstraat, Berg en Rapenburg (deel tussen Berg en T-kruispunt ter hoogte van Rapenburg 4)
Artikel 1
De gemeenteraad beslist volgend aanvullend reglement op het wegverkeer vast te stellen:
Artikel 2
Deze verkeersmaatregel wordt als volgt gesignaleerd:
Artikel 3
Dit aanvullend reglement op het verkeer gaat in voege vanaf 1 oktober 2024.
Artikel 4
Voorgaande beslissingen die werden genomen door de gemeenteraad van Waarschoot over deze aangelegenheid worden per 1 oktober 2024 opgeheven.
Chris De Wispelaere, schepen
Freddy Haegeman, schepen
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40 §3 en 41, 2 inzake de bevoegdheden van de gemeenteraad tot vaststelling van dit reglement
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 286 inzake de bekendmaking van de reglementen en de verordeningen van de gemeenteraad
Koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer
Koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg
Ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald.
De gemeenteraad is bevoegd om politiereglementen op de gemeentewegen vast te stellen.
De voorbije weken waren er enkele mondelinge meldingen over hinder van geparkeerde voertuigen in de Molenstraat (vlak voorbij kruispunt met Arisdonk richting dorp) waardoor, mede omwille van de moeilijke verkeersdoorstroming naar het dorp, er soms filevorming is op het kruispunt met Arisdonk.
Daarnaast was er ook een opmerking over een gelijkaardige problematiek bij het kruisen van gewoon verkeer en landbouwverkeer/vrachtwagens in Arisdonk in combinatie met hinder bij het verlaten van een oprit door geparkeerde wagens aan de overkant van de straat.
Artikel 1
De gemeenteraad stelt volgend aanvullend reglement op het wegverkeer vast:
Parkeerverbod ter hoogte van Arisdonk 85-95 en Arisdonk 97a (kant Molenstraat)
Artikel 2
Deze verkeersmaatregel wordt als volgt gesignaleerd:
Artikel 3
Dit aanvullend reglement op het verkeer gaat in voege vanaf 1 oktober 2024.
Chris De Wispelaere, schepen
Freddy Haegeman, schepen
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40 §3 en 41, 2 inzake de bevoegdheden van de gemeenteraad tot vaststelling van dit reglement
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 286 inzake de bekendmaking van de reglementen en de verordeningen van de gemeenteraad
Koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer
Koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg
Ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald.
De gemeenteraad is bevoegd om politiereglementen op de gemeentewegen vast te stellen.
In het Koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg staat vermeld: “Het is verboden een voertuig te laten stilstaan of te parkeren op elke plaats waar het duidelijk een gevaar zou kunnen betekenen voor de andere weggebruikers of waar het hun onnodig zou kunnen hinderen, inzonderheid: … op minder dan 15 meter aan weerszijden van een bord dat een autobus-, trolleybus- of tramhalte aanwijst”.
Enkele maanden terug werden verschillende autobestuurders beboet door een controleur van De Lijn omdat ze binnen de 30 meter zone rond de haltepaal stonden geparkeerd. Omdat de parkeerregeling zoals bepaald in voormeld KB niet bij iedereen gekend is, werd aan De Lijn gevraagd of er een regeling kan komen waarbij er wel mag worden geparkeerd. Inzake het aanpassen van een parkeerregeling aan een bushalte kregen we op 16 april 2024 het volgende antwoord van De Lijn: “Het klopt dat een wagen zich mag parkeren aan een bushalte indien hier een parkeerregeling bebord is (verkeersbord E9a of E9b). Dit is gebaseerd op het beginsel van de wegcode, waarin gesteld wordt dat verkeersborden boven verkeersregels gelden. Een haltebord is immers geen verkeersbord, het parkeerverbod hieraan verbonden is een verkeersregel. Uiteraard is het aangewezen de zone waar bussen halteren te vrijwaren en niet in te richten als parkeerplaats. Dit niet enkel omwille van redenen zoals reizigerscomfort en toegankelijkheid, maar eveneens omwille van de onduidelijkheid die hierdoor gecreëerd wordt”.
Om een evenwicht te vinden tussen een parkeervrije zone en voldoende parkeerplaatsen , wordt voorgesteld om het parkeerverbod te beperken tot een strook van 12.8 meter.
Artikel 1
De gemeenteraad stelt volgend aanvullend reglement op het wegverkeer vast:
Parkeerverbod ter hoogte van de haltepaal aan Renning 14 over een afstand van 12.8 meter waarbij in de zone vóór en na deze strook wel mag worden geparkeerd.
Artikel 2
Deze verkeersmaatregel wordt als volgt gesignaleerd:
Artikel 3
Dit aanvullend reglement op het verkeer gaat in voege vanaf 1 oktober 2024.
Chris De Wispelaere, schepen
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40 §3 en 41, 2 inzake de bevoegdheden van de gemeenteraad tot vaststelling van dit reglement
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 286 inzake de bekendmaking van de reglementen en de verordeningen van de gemeenteraad
Koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer
Koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg
Ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald.
De gemeenteraad is bevoegd om politiereglementen op de gemeentewegen vast te stellen.
Door geparkeerde vrachtwagens ervaren bezoekers van de apotheek, de land- en tuinbouwwinkel en de interieurwinkel ter hoogte van Guido Gezellelaan 4-18 problemen bij het verlaten van de oprit door een (te) beperkt zicht op het verkeer op de N9. Om tegemoet te komen aan de vraag om hier een oplossing te voorzien, wordt voorgesteld een parkeerverbod voor vrachtwagens in te voeren in voormelde zone.
Door geparkeerde vrachtwagens is er een zichtconflict tussen rechts afslaand verkeer (komende van N9 kant Gent en afslaand richting Kuitenberg) en fietsers op het fietspad (komende van Gent richting Eeklo) doordat deze elkaar te laat opmerken. Om dit probleem van (te) beperkt zicht op te lossen, wordt voorgesteld een parkeerverbod voor vrachtwagens in te voeren in voormelde zone.
Artikel 1
De gemeenteraad stelt volgend aanvullend reglement op het wegverkeer vast:
Artikel 2
Deze verkeersmaatregel wordt als volgt gesignaleerd:
Artikel 3
Dit aanvullend reglement op het verkeer gaat in voege vanaf 1 oktober 2024.
Chris De Wispelaere, schepen
Het Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 40 over de bevoegdheden van de gemeenteraad
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen
Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur
Op 2 december 2019 werd Veneco aangesteld voor de opmaak van het mobiliteitsplan Lievegem.
De voorbije jaren werd er gewerkt aan de opmaak van dit mobiliteitsplan en dat heeft geleid tot een beleidsplan.
De Vlaamse regelgeving voorziet geen te volgen procedure meer inzake de goedkeuring van dit mobiliteitsplan maar op basis van de oude regelgeving kan de volgende procedure worden gevolgd:
Op 27 maart 2024 werd het mobiliteitsplan voorlopig vastgesteld door de Gemeenteraad.
Op 23 mei 2024 was er een bijeenkomst van de ProjectStuurGroep waarbij het document zoals voorlopig vastgesteld door de Gemeenteraad werd besproken. Dit heeft geleid tot een aangepast document (20240603_Mobplan Lievegem)
Het openbaar onderzoek voor de inwoners liep in de periode 5 mei - 6 juni 2024. Hierbij werd het document zoals voorlopig vastgesteld door de Gemeenteraad op 27 maart 2024 gepubliceerd. Tijdens het openbaar onderzoek werden 14 opmerkingen ingediend. Deze opmerkingen werden op 12 juni 2024 besproken door het dagelijks bestuur van de mobiliteitsraad.
Aan de adviesraden werd gevraagd advies te geven. Er werd advies gegeven door:
Op basis van de ontvangen adviezen en opmerkingen wordt voorgesteld om de volgende aanpassingen aan te brengen aan het document en de actietabel 20240603_Mobplan Lievegem:
In het document 20240603_Mobplan Lievegem moet op pagina 40-41 de gedetailleerde info over de bouwcode worden verwijderd. Er moet wel worden gerefereerd naar de Bouwcode.
Naast voorgaande zaken werden er door de adviesraden verschillende opmerkingen gemaakt die geen wijziging van het mobiliteitsplan tot gevolg hebben, maar die wel zullen gebruikt worden bij de praktische uitwerking van enkele ‘mobiliteitsmaatregelen’
Artikel 1
De gemeenteraad stelt het mobiliteitsplan (beleidsplan) definitief vast mits volgende aanpassingen:
Artikel 2
Het definitief vastgestelde beleidsplan wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de projectstuurgroep (PSG).
Artikel 3
Na bespreking door de PSG wordt de beslissing bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
Caroline Fredrick, schepen
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40, 392-395
Statuten van de ILV Meetjeslandse Burensportdienst, artikel 14 en 16
De gemeente Lievegem maakt samen met de gemeenten Assenede, Evergem, Kaprijke, Maldegem, St Laureins, Eeklo en Zelzate deel uit van de Interlokale Vereniging Meetjeslandse Burensportdienst en de gemeente Lievegem treedt op als beherende gemeente.
De algemene vergadering van het beheerscomité, die plaatsvond op 26 maart 2024 te Maldegem, overeenkomstig artikel 8 van de statuten keurde het programma en de begroting voor het volgend werkjaar en het jaarverslag goed, de jaarrekening werd voorlopig vastgesteld.
Artikel 14 van de statuten over de goedkeuring van de rekeningen en bestemming van het resultaat, waarin gestipuleerd is dat de rekening van de interlokale vereniging jaarlijks ter goedkeuring voorgelegd moet worden aan de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten.
Artikel 16 van de statuten waarin gestipuleerd is dat samen met de rekening, ook het jaarverslag ter goedkeuring moet voorgelegd worden aan de deelnemende gemeenten.
De jaarrekening 2023 en het bijhorende jaarverslag van de Interlokale Vereniging Meetjeslandse Burensportdienst worden ter goedkeuring voorgelegd.
Enig artikel
De gemeenteraad keurt de jaarrekening en het jaarverslag 2023 van de ILV Burensportdienst Meetjesland goed.
Caroline Fredrick, schepen
Vincent Laroy, schepen
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 41 tweede lid 11°, daden van beschikking over onroerende goederen
Gemeenteraadsbesluit van 24 april 2024 over de goedkeuring van het gemeentelijk trage wegenplan
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 9 april 2024 over de goedkeuring voor het aanstellen van een notaris voor de opmaak van een gebruiksovereenkomst voor het speelbos sportsite Lovendegem
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 11 juni 2024 over de principiële goedkeuring van de ontwerpgebruiksovereenkomst voor het speelbos sportsite Lovendegem
Het private bos palend aan het RUP Recreatiepool (lokaal het Ketelbos genoemd - zie situering in bijlage) wordt al vele jaren publiek gebruikt als wandelverbinding en als speelbos. De eigenaars van dit bos wensen een vergoeding voor dit publiek gebruik. Zij vragen een jaarlijkse vergoeding van 1.000 euro (geïndexeerd).
Notaris Vanderplaetsen en Redel, Grote Baan 222 te 9920 Lievegem, heeft in opdracht van het college van burgemeester en schepenen een gebruiksovereenkomst opgemaakt (zie bijlage). De teams omgeving, sport en groen adviseren deze gebruiksovereenkomst gunstig.
Dit speelbos kan als uitbreiding worden gezien van het RUP Recreatiepool en vormt bovendien een wandelverbinding tussen de trage wegen L27 (Holstraatje) en L28a (feitelijke trage weg) opgenomen in het trage wegenplan Lievegem, waardoor een wandellus wordt gevormd (uitbreiding van de looppiste).
Het college van burgemeester en schepenen gaf een principiële goedkeuring aan deze gebruiksovereenkomst op 11 juni 2024. Ook de eigenaars gaan akkoord met de overeenkomst die aan de gemeenteraad ter goedkeuring wordt voorgelegd.
Voor het gebruik van dit privaat onroerend goed zal de kost ten laste worden genomen onder jaarbudgetrekening xxxx/ACT-010/0200-00/6102999/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN (Vergoeding wandelverbinding) en bedraagt 1.000 euro/jaar (jaarlijks te indexeren).
Enig artikel
De gemeenteraad keurt de gebruiksovereenkomst voor het speelbos palend aan de sportsite Lovendegem goed.
Chris De Wispelaere, schepen
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 41 tweede lid 11°, daden van beschikking over onroerende goederen
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 23 juli 2024 over de principiële goedkeuring van de overeenkomst kosteloze bruikleen parochiecentrum den Osschaert
Kerkopbouw bisdom Gent is eigenaar van het parochiaal centrum den Osschaert te Kasteeldreef 75, 9920 Lievegem en heeft dit onroerend goed tot 2037 in erfpacht gegeven aan de vzw Parochiecentra in Lievegem, Luitenant Dobbelaerestraat 14/ C te 9930 Lievegem, die de uitbating ervan doet. Deze vzw heeft rechtsgeldig kenbaar gemaakt dat zij de exploitatie van dit parochiaal centrum op 31 december 2024 zal stopzetten.
Vzw Kerkopbouw en de gemeente Lievegem wensen samen te werken om voor de gebruikende verenigingen, jeugdclub en school een haalbare uitdoving van het huidig gebruik en een overgang naar alternatieve locaties te faciliteren.
Deze samenwerking kan samengevat worden als volgt :
Het college van burgemeester en schepenen gaf zijn principiële goedkeuring op 23 juli 2024 waarna dit aan de gemeenteraad wordt voorgelegd ter goedkeuring.
De bruikleen van het parochielokaal is kosteloos.
Er moet een waarborg van 5.000 euro worden gestort.
De nutsvoorzieningen (elektriciteit, gas en water), de onroerende voorheffing en de verzekering van dit lokaal vallen ten laste van de gemeente.
De kosten voor nutsvoorzieningen bedroegen in 2023 16.515,20 euro. Deze uitgaven zullen geboekt worden op jaarbudgetrekening:
De onroerende voorheffing bedroeg in 2013 2.380 euro. Deze uitgave zal geboekt worden op 2025-2026/GBB-FIN/0705-00/6100200/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN (huur en huurlasten van gehuurde onroerende goederen (korte termijn).
De jaarlijkse verzekeringspremie wordt geraamd op 434,95 euro. De verzekering zal geboekt worden op jaarbudgetrekening 2025-2026/GBB-FIN/0705-00/6120100/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN (brandverzekering).
De inkomsten van het gebruik van de zalen zullen geboekt worden op jaarbudgetrekening 2025-2026/GBB-EVENT/0705-00/7050001/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN (opbrengsten uit verhuur zalen en lokalen).
Gunstig visum AFD/2024/118/VW van Bart Van Petegem van 21 augustus 2024
Enig artikel
De gemeenteraad keurt de overeenkomst met Kerkopbouw bisdom Gent voor de kosteloze bruikleen van het Parochiaal Centrum den Osschaert met aanhorigheden in de Kasteeldreef 75 te 9920 Lievegem in 2025 en 2026 goed.
Chris De Wispelaere, schepen
Decreet van 24 februari 2017 betreffende onteigening voor het algemeen nut, gewijzigd door het decreet van 16 oktober 2020 waarbij er een minnelijke onderhandelingstermijn van maximaal 1 jaar werd toegevoegd
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 41 tweede lid, 11°
Decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen
Gemeenteraadsbesluit van 23 november 2022 over de goedkeuring van de grondinnemingsplannen en de opdracht tot het opmaken van de koopakten voor fietspad Ronselestraat - Leischoot
Gemeenteraadsbesluit van 20 december 2023 met de voorlopige vaststelling van het onteigeningsplan en het rooilijnplan voor het fietspad Ronselestraat - Leischoot
Gemeenteraadsbesluit van 27 maart 2024 met de goedkeuring van het verslag en de behandeling van de standpunten, opmerkingen en bezwaren ontvangen tijdens het openbaar onderzoek over het onteigeningsplan en het rooilijnplan voor het fietspad Ronselestraat - Leischoot
Gemeenteraadsbesluit van 27 maart 2024 met de definitieve goedkeuring van het rooilijnplan Ronselestraat - Leischoot
Gemeenteraadsbesluit van 24 april 2024 met de voorlopige vaststelling van het onteigeningsplan Ronselestraat-Leischoot
Overeenkomstig art. 17 van het onteigeningsdecreet werd over de voorgenomen onteigeningen in de Ronselestraat-Leischoot een openbaar onderzoek gedurende 30 dagen georganiseerd.
Dit openbaar onderzoek liep van 31 mei 2024 tot en met 29 juni 2024.
Er werden geen bezwaarschriften ingediend.
Deze vaststelling werd opgenomen in het verslag ‘behandeling van de standpunten, opmerkingen en bezwaren geuit tijdens het openbaar onderzoek van de onteigeningsprocedure in de Ronselestraat-Leischoot’ van 1 juli 2024
Gunstig visum AFD/2023/125 van Bart Van Petegem van 23 november 2023
Enig artikel
Het verslag ‘behandeling van de standpunten, opmerkingen en bezwaren geuit tijdens het openbaar onderzoek van de onteigeningsprocedure in de Ronselestraat-Leischoot’ van 1 juli 2024 wordt goedgekeurd.
Chris De Wispelaere, schepen
Decreet van 24 februari 2017 betreffende onteigening voor het algemeen nut, gewijzigd door het decreet van 16 oktober 2020 waarbij er een minnelijke onderhandelingstermijn van maximaal 1 jaar werd toegevoegd
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 41 tweede lid, 11°
Decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen
Decreet van 19 december 2014 over de Vlaamse Vastgoedcodex, waarbij de bevoegdheid van de Vlaamse commissarissen werd vastgelegd tot het uitvoeren van bepaalde vermogensrechterlijke verrichtingen in naam en voor rekening van het Vlaamse Gewest, de Vlaamse Gemeenschap, de Vlaamse gemeenschaps- en gewestinstellingen en bepaalde entiteiten zoals de gemeenten
Gemeenteraadsbesluit van 23 november 2022 over de goedkeuring van de grondinnemingsplannen en de opdracht tot het opmaken van de koopakten voor fietspad Ronselestraat - Leischoot
Gemeenteraadsbesluit van 20 december 2023 met de voorlopige vaststelling van het onteigeningsplan en het rooilijnplan voor het fietspad Ronselestraat - Leischoot
Gemeenteraadsbesluit van 20 december 2023 over het Meerjarenplan 2020 - 2026 deel gemeente Lievegem - aanpassing 4: vaststelling waarbij de nominatieve investeringen werden goedgekeurd, inzonderheid ACT-135 'Fietspad Ronselestraat - Leischoot'.
Gemeenteraadsbesluit van 27 maart 2024 met de goedkeuring van het verslag en de behandeling van de standpunten, opmerkingen en bezwaren ontvangen tijdens het openbaar onderzoek over het onteigeningsplan en het rooilijnplan voor het fietspad Ronselestraat - Leischoot
Gemeenteraadsbesluit van 27 maart 2024 met de definitieve goedkeuring van het rooilijnplan Ronselestraat - Leischoot
Gemeenteraadsbesluit van 24 april 2024 met de voorlopige vaststelling onteigeningsplan Ronselestraat - Leischoot
Gemeenteraadsbesluit van 12 september 2024 met de goedkeuring van het verslag en de behandeling van de standpunten, opmerkingen en bezwaren ontvangen tijdens het openbaar onderzoek over het onteigeningsplan voor het fietspad Ronselestraat - Leischoot
Op basis van het decreet betreffende onteigening voor het algemeen nut van 24 februari 2017 en het gemeentewegendecreet van 3 mei 2019 werd voor de realisatie van het fietspad Ronselestraat-Leischoot een onteigenings- en rooilijnprocedure gevoerd.
Het traject verliep als volgt:
Het definitieve onteigeningsbesluit, integraal deel uitmakend van dit besluit, geeft meer toelichting bij de problematiek en het algemeen belang van dit project.
De bijgevoegde projectnota, integraal deel uitmakend van dit besluit, beschrijft het project en de te realiseren werken evenals de voorziene termijnen, realisatievoorwaarden en beheersmodaliteiten.
Het onteigeningsbesluit en het onteigeningsplan kunnen definitief goedgekeurd worden.
In het meerjarenplan is voor de grondverwerving voor de realisatie van het fietspad Ronselestraat - Leischoot een krediet voorzien van € 237.210,80 onder jaarbudgetrekening 2024/ACT-135G/0200-00/2200000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN.
De raming voor de voorgestelde onteigeningen bedraagt in totaal € 11.600,00.
Enig artikel
De gemeenteraad hecht haar goedkeuring aan het definitief onteigeningsbesluit en het onteigeningsplan Ronselestraat-Leischoot.
Guy De Neve, schepen
Chris De Wispelaere, schepen
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017
Het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM), de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) en hun uitvoeringsbesluiten
Het decreet van 25 april 2014 over de omgevingsvergunning
Het decreet van 3 mei 2019 over de gemeentewegen
Omgevingsloketnummer: OMV_2024016762
Dossiernummer: O/2024/166
Inrichtingsnummer: Niet van toepassing
BESLUIT VAN DE GEMEENTERAAD OVER DE ZAAK VAN DE WEGEN IN HET KADER VAN DE VERLENING VAN EEN OMGEVINGSVERGUNNING
De aanvraag voor een omgevingsvergunning, ingediend door de gemeente Lievegem, gevestigd te Kasteeldreef 72 te 9920 Lievegem, werd ingediend op 16 mei 2024. De aanvraag werd ontvankelijk en volledig verklaard op 14 juni 2024.
De aanvraag heeft betrekking op een terrein, gelegen te Leischoot ZN te 9931 Lievegem, kadastraal bekend: afdeling 6 sectie A nrs. 42A, 43A, 44A, 48C, 299G, 299M, 299L, 304C, 337H, afdeling 7 sectie I nrs. 344C, 498C, 502C, 504D, 513A, 514A, 525H, 534A, 545H, 545D, 548C, 553D, sectie K nrs. 262A, 328G, 328L, 341A, 396B2 en 402B.
Het betreft: de aanleg van een fietspad.
De aanvraag omvat wegeniswerken.
Beschrijving van de omgevingsvergunningsaanvraag en wegeniswerken
Het projectgebied situeert zich binnen een openruimtegebied, dat gekenmerkt wordt door (zonevreemde) woningen, landbouwbedrijven en gronden voor agrarische doeleinden.
Het projectgebied is gelegen in Ronsele en Oostwinkel en omvat (een deel van) de Ronselestraat, Leischoot, de Hoekstraat, de Aerdekensstraat, de Broekenstraat, de Moststraat, Mostmolen en de Langestraat. Het bestaande fietspad (ongeveer 1,75m breed) tussen Oostwinkel en Ronsele wordt opgebroken en wordt vervangen door een vrijliggend fietspad van 3m breed, waarbij er steeds een groenbuffer is voorzien tussen het fietspad en de rijweg. De breedte van de groenbuffer varieert in functie van de beschikbare ruimte.
Het bredere fietspad en het voorzien van een ruime groenbuffer resulteert in een noodzakelijke wijziging van de waterhuishouding. De bestaande grachten worden gedempt en nieuwe grachten worden aangelegd en ook bestaande knelpunten worden aangepast.
De nieuwe grachten worden voorzien tussen het fietspad en de landerijen. In bepaalde zones is er onvoldoende ruimte beschikbaar voor grachten, waardoor deze lokaal worden ingebuisd. Waar de landerijen heel wat hoger liggen dan de rijbaan, dient er gewerkt te worden met taludversterking. De polderwaterloop 09A77Ron wordt verplaatst naar de overzijde van het fietspad, waarbij de bestaande grachten worden geprofileerd en voorzien van taludversterking. Op vraag van de Watering de Wagemakersstroom worden er verschillende doorvoeren vergroot, alsook wordt er ter hoogte van Leischoot 10 een extra doorsteek voorzien.
De volgende materialen worden gebruikt:
- Nieuwe wegenis en overlagen bestaande wegenis: asfalt
- Fietspad: asfalt
- Herstel betonvakken: beton
- Verhoogde kruispunten dmv prefab verkeersdrempel.
- Fietspad thv kruispunten en achter bushalten: asfalt met rode coating
- Opritten woningen: grijze betonstraatstenen
- Toegangen tot de landerijen: betongrasdallen
Bevoegdheid gemeenteraad
Als een omgevingsvergunningsaanvraag wegeniswerken omvat waarover de gemeenteraad beslissingsbevoegdheid heeft en het vergunningverlenende bestuursorgaan oordeelt dat de vergunning kan worden verleend, moet de gemeenteraad een beslissing nemen over de zaak van de wegen, met name het tracé en de inrichting van de nieuwe weg, alvorens het vergunningverlenende bestuursorgaan een beslissing kan nemen over de vergunningsaanvraag. De gemeenteraad moet daarbij kennis nemen van de ingediende bezwaren en opmerkingen.
Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar
Overeenkomstig de criteria van artikel 11-14 van het uitvoeringsbesluit van het decreet omgevingsvergunning is de gewone procedure van toepassing.
De aanvraag werd bijgevolg openbaar gemaakt. Het openbaar onderzoek werd gehouden van 28 juni 2024 tot en met 27 juli 2024. Er werden geen bezwaarschriften ontvangen.
Externe adviezen
De aanvraag werd getoetst aan de criteria van artikels 24-26 van het Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014 en de criteria van artikels 30-38 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering ervan.
Op 14 juni 2024 werd advies gevraagd aan Elia Asset. Op 17 juni 2024 werd het volgende voorwaardelijk gunstig advies verleend:
“Naar aanleiding van uw aanvraag, kunnen wij u meedelen dat voor alle activiteiten nabij bovengrondse hoogspanningslijnen wettelijke horizontale en verticale veiligheidsafstanden gelden.
• In een zone van 0 tot 50 meter langs beide zijden van deze hoogspanningslijnen geeft Elia steeds een gedetailleerd advies met te respecteren hoogtebeperkingen.
• In de zone van 50 tot 100 meter langs beide zijden van deze hoogspanningslijnen zijn er geen specifieke hoogtebeperkingen tenzij u werken uitvoert met werfkranen, betonpompen, hoogtewerkers of andere hijstoestellen waarvan sommige delen (vb. giek van de kraan) toch binnen de zone van 0 tot 50 meter zouden kunnen binnendringen.
Na situering van uw activiteit hebben wij vastgesteld dat deze voorzien is in de zone van 0 tot 50 meter t.o.v. de hoogspanningslijn. Hieronder vindt u ons advies.
Voor vaste constructies en bij de uitvoering van werken in de nabijheid van bovengrondse hoogspanningslijnen gelden veiligheidsafstanden zoals onder meer bepaald in Boek 3 van het KB van 8 september 2019 betreffende de installaties voor transmissie en distributie van elektrische energie, Deel 2, Hoofdstuk 2.11, onderafdeling 2.11.1, Deel 7, Hoofdstuk 7.1, onderafdeling 7.1.3.6 en Deel 9, Hoofdstuk 9.3, onderafdeling 9.3.1. - 9.3.2.1. - 9.3.2.2. - 9.3.2.3. - 9.3.3.1. - 9.3.3.2. - 9.3.4.1. - 9.3.4.2. - 9.3.4.3. - 9.3.4.4. - 9.3.5.1. - 9.3.5.2. - 9.3.5.3. - 9.3.5.4. - 9.3.5.5. - 9.3.5.6 en 9.3.6.1.
De hoogtebeperking die hieruit volgt is afhankelijk van verschillende factoren (het type van de verbinding en de kabel, de afstand tussen 2 pylonen, omgevingsvariabelen wind en temperatuur, de belasting op de hoogspanningslijn), zodat wij geen globaal cijfer kunnen opgeven. Per project en/of bouwvergunning voeren wij waar noodzakelijk gratis een hoogtemeting uit, teneinde een gedetailleerd advies te kunnen formuleren (dit is eveneens van toepassing voor de opstelling van een bouwkraan).
Indien er tijdens de werken gebruik gemaakt wordt van een werfkraan (inclusief giek), betonpomp, hoogwerker of andere hijstoestellen, dan dienen deze zodanig opgesteld en gebruikt te worden dat de veiligheidszones te allen tijde worden gerespecteerd.
De te respecteren veiligheidsafstanden zijn afhankelijk van de spanning van de luchtlijn. Deze spanning wordt uitgedrukt in kV (1 kV = 1.000 volt). Onder de bovenstaande referentie "Hoogspanningslijn" vindt u de spanning van de verbindingen waarmee u rekening moet houden bij het bepalen van de veiligheidsafstanden.
Wij vragen u dan ook kennis te nemen van de veiligheidsvoorschriften en bepalingen in bijlage 1, die u moeten toelaten onze plannen juist te interpreteren.
In geval van beperkt zicht (weersomstandigheden, voor zonsopgang, ...) vragen wij u wegens veiligheidsredenen om de kraanwerken / Kranen niet aan te vatten maar te wachten tot onze installaties (hoogspanningsgeleiders en/of hoogspanningsmast) voldoende zichtbaar zijn. Geen enkel element van de kraan (giek, last,...) mag zich ooit boven de hoogspanningslijnen begeven.
• Indien er verlichtingspalen geplaatst worden in de omgeving van de hoogspanningslijnen wensen wij de maximale hoogte en exacte inplanting te kennen en eventueel met de bouwheer te bespreken.
Teneinde de veiligheid van mensen, de continuïteit van de elektriciteitsvoorzieningen en de vrijwaring van alle betrokken installaties te garanderen, dient men in de onmiddellijke omgeving van de hoogspanningsgeleiders enkele wettelijke bepalingen te eerbiedigen.
Gelieve daarom kennis te nemen van de veiligheidsvoorschriften ter zake die wij in een beknopte weergave als bijlage zenden.
De opdrachtgever wordt geacht deze richtlijnen mee te delen aan iedereen die in zijn (directe of indirecte) opdracht werken uitvoert.”
Op 14 juni 2024 werd advies gevraagd aan Agentschap Onroerend Erfgoed. Op 14 juni 2024 werd verduidelijkt dat ze geen advies verlenen. De archeologieregelgeving blijft van kracht.
Op 14 juni 2024 werd advies gevraagd aan Watering van de Wagemakerstroom, maar het advies werd niet ontvangen binnen de wettelijke termijn. Het advies wordt geacht stilzwijgend gunstig te zijn.
Op 14 juni 2024 werd advies gevraagd aan Hulpverleningszone Centrum. Op 5 juli 2024 werd het volgende gunstig advies verleend:
“Algemene gegevens:
- heraanleggen van een fietspad in een deel van de Ronselestraat en Leischoot
Advies:
De brandweer heeft geen bezwaar tegen het heraanleggen van het fietspad in de Ronselestraat en Leischoot.
Besluit: GUNSTIG”
Op 14 juni 2024 werd advies gevraagd aan Agentschap Landbouw en Zeevisserij. Op 1 augustus 2024 is het volgende voorwaardelijk gunstig advies verleend:
“Het Agentschap Landbouw en Zeevisserij heeft uw in het onderwerp vermelde adviesaanvraag vanuit landbouwkundig standpunt onderzocht en formuleert er om de volgende redenen een voorwaardelijk gunstig advies bij.
De aanvraag betreft het vernieuwen van een fietspad langsheen bestaande wegenis voornamelijk gelegen in agrarisch gebied. Er wordt gekozen voor de aanleg van een van de weg gescheiden fietspad met een groenstrook er tussen en een nieuwe gracht opzij. Tegen het uitvoeren van deze noodzakelijke infrastructuurwerken is er uit landbouwkundig oogpunt principieel geen bezwaar.
Doch tijdens de werken dient de toegankelijkheid van de aanpalende landbouwgebruiksgronden zoveel mogelijk verzekerd te blijven. Bij het einde der werken deint alle materiaal en materieel uit de landbouwzone te worden verwijderd.
Er dienen ook voldoende oversteekplaatsen voorzien te worden met voldoende breedte teneinde de ontsluiting van de aanpalende landbouwgebruiksgronden te kunnen blijven verzekeren. Bij de overwelvingen van de gracht dient rekening gehouden te worden met de passage van zwaar landbouwverkeer.”
Op 14 juni 2024 werd advies gevraagd aan Fluxys. Op 28 juni 2024 werd het volgende voorwaardelijk gunstig advies verleend:
“Fluxys Belgium bezit installaties die de straat Leischoot op twee plaatsen kruisen:
• tussen huisnummers 2C en 4, plaatselijk aangeduid met ons luchtbaken S79;
• net ten zuiden van huisnummer 26, plaatselijk aangeduid met ons luchtbaken 13B.
We noteren dat een omgevingsvergunning wordt aangevraagd voor het verwijderen en heraanplanten van beplanting en het dempen en graven van grachten in functie van de aanleg van een vrijliggend fietspad. We verwijzen naar de ontwerpplannen en merken op dat de gevraagde afstand tot onze installaties voor het planten van bomen wordt gerespecteerd en dat de nieuwe kruisende grachten van doorgroei-elementen worden voorzien, zoals gevraagd in de studiefase van dit project.
Onze onderneming kan een gunstig advies verlenen, mits het respecteren van onderstaande voorwaarden:
• GRAVEN VAN GRACHTEN: Wij kunnen de aanleg van grachten die de Fluxysleiding kruisen toestaan op voorwaarde dat volgende regels gerespecteerd worden:
• de afstand tussen bovenkant Fluxysleiding en onderkant gracht dient minstens 120 cm te bedragen;
• indien de afstand tussen bovenkant Fluxysleiding en onderkant gracht zich bevindt tussen 80 cm en 120 cm, dient een betonplaat geplaatst te worden boven de Fluxysleiding volgens het standaardplan 4.00000/0944 of 4.00000/01851 hierbijgevoegd;
• in andere gevallen dienen specifieke oplossingen besproken te worden (plaatsen van prefab grachtelementen, schanskorven, betuining, …).
• PLANTEN VAN BOMEN: Alle bomen en struiken zijn verboden indien hun centrale as zich op minder dan 3 m, gemeten aan weerskanten van de as van de Fluxysleiding, bevindt, met uitzondering van deze vermeld op de lijst van toegelaten planten. Opmerking/toelichting: de toegelaten bomen en struiken uit deze lijst mogen evenwel niet hoger worden dan 2,5 meter en mogen een stamdiameter van 10 cm op een hoogte van 1,5 meter niet overschrijden.
• Ten allen tijden dienen zowel de specifieke voorwaarden en veiligheidsmaatregelen op onderstaande pagina's te worden nageleefd in het kader van uw aanvraag.
Wij vragen u de inhoud van deze brief samen met de bijlagen op te nemen in de vergunning en ons een kopie van uw besluit op te sturen, bij voorkeur via mail (infoworks@fluxys.com) en met vermelding van onze referentie.”
Op 14 juni 2024 werd advies gevraagd aan De Vlaamse Waterweg. Op 31 juli 2024 werd verduidelijkt dat ze geen advies verlenen:
“Het projectgebied ligt op meer dan 50m van het Afleidingskanaal van de Leie. Het projectgebied stroomt af naar de Ronselhoekwaterloop, beheerd door de Watering van de Wagemakerstroom. Het projectgebied ligt conform de watertoetskaart bovendien niet in overstromingsgevoelig gebied vanuit de waterweg. Bijgevolg is De Vlaamse Waterweg nv niet bevoegd voor het geven van advies. Gelieve contact op te nemen met de Watering van de Wagemakerstroom.”
Op 14 juni 2024 werd advies gevraagd aan Agentschap voor Natuur en Bos. Op 12 juli 2024 werd verduidelijkt dat ze geen advies verlenen. Ze hebben wel de volgende aanbevelingen geformuleerd:
“Ruimtelijke bestemming
(Landschappelijk waardevol) agrarisch gebied volgens het gewestplan.
Beoordeling
Bij het beoordelen van de vergunningsaanvraag en het nemen van de beslissing over de omgevingsvergunning zal door de vergunningverlenende overheid steeds rekening moeten worden gehouden met de zorgplicht opgelegd door artikel 14 en de bepalingen van artikel 16 inzake het tegengaan van vermijdbare schade van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu.
Om aan de zorgplicht te voldoen, moeten de natuurwaarden die mogelijk aangetast worden bij het uitvoeren van de geplande activiteiten op voldoende wijze worden hersteld. Dit kan bvb. door het herstellen of vervangen van kleine landschapselementen, het heraanplanten van bomen of lijnbeplantingen, enz. Het Agentschap voor Natuur en Bos maakt voor vergunningen in agrarische gebieden zelf geen inschatting meer van de impact op natuurwaarden.De vergunningverlener moet zelf verifiëren of minimum aan de zorgplicht wordt voldaan en er geen vermijdbare schade optreedt. Om correct af te wegen of de natuurwaarden door de geplande activiteit in het gedrang komen en om na te gaan of aan de zorgplicht wordt voldaan, kan men beroep doen op de helpdesk die door het Agentschap voor het Natuur en Bos ter beschikking wordt gesteld.
De helpdesk beschrijft mogelijke maatregelen die in een vergunning kunnen worden opgenomen. Thema’s die in de helpdesk aan bod komen zijn:
• Kappen van bomen, dreven en/of houtkanten
• Acuut gevaar
• Hoogstamboomgaarden
• (her)aanleggen van een poel
• Reliëfwijzigingen
• Oprichten van gebouwen en verhardingen
• Begrippen
U kan de helpdesk terugvinden via deze link: www.natuurenbos.be/helpdesk.
Tot slot willen we nog de aandacht vestigen op een algemene maatregel, die voor elke vergunning van toepassing is:
“Alle van nature in het wild levende vogelsoorten en vleermuizen zijn beschermd in het Vlaamse Gewest op basis van het Soortenbesluit van 15 mei 2009. De bescherming heeft onder meer betrekking op de nesten van de vogels en de rustplaatsen van de vleermuizen (artikel 14 van het Soortenbesluit).
Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart tot 1 juli moet men er zich - vóór men overgaat tot de uitvoering van de werken - van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten beschadigd, weggenomen of vernield worden. Bij het werken aan (oude) constructies of het kappen van bomen dient men na te gaan vóór de werken beginnen of vleermuizen aanwezig zijn. Als nesten of rustplaatsen in het gedrang komen, dient u contact op te nemen met het Agentschap voor Natuur en Bos”.
Op 14 juni 2024 werd advies gevraagd aan Intergemeentelijke Vereniging Veneco - IOED Meetjesland. Op 9 juli 2024 werd het volgende voorwaardelijk gunstig advies verleend:
“De IOED Meetjesland i.s.m. Regionaal Landschap Meetjesland - Leievallei heeft aandachtig het dossier bestudeerd. Het rooien van de bomen langs de Leischoot zal een behoorlijke impact veroorzaken op het landschap. In de omgevingsvergunningsaanvraag is er sprake van de heraanplant van bomen maar er wordt nagenoeg niet vermeld welke soort heraangeplant zullen worden. Op deze locatie, langs de Leischoot, is het noodzakelijk grote, inheemse en streekeigen bomen van goede kwaliteit te planten (bv. Zomereik, Grauwe abeel, Winterlinde, …). Bijkomend dient rekening gehouden te worden bij de verhardingswerken dat de plantzones optimaal voorbereid worden zodat de bomen maximaal bewortelbare oppervlakte hebben. M.a.w. mogen de bomen niet in betonbakken geplaatst worden. De ruimte tussen fietspad en verharding is immers niet bijzonder breed. Voldoende ruimte voor de bomen om te groeien is dus noodzakelijk. Regionaal Landschap Meetjesland - Leievallei blijft graag ter beschikking indien bijkomende begeleiding gewenst is.”
Op 14 juni 2024 werd advies gevraagd aan Farys. Op 18 juni 2024 werd verduidelijkt dat ze geen advies meer verlenen voor riolering en drinkwater.
Op 14 juni 2024 werd advies gevraagd aan Fluvius. Op 2 augustus 2024 werd verduidelijkt dat ze geen advies verlenen. De werken van Fluvius zijn reeds uitgevoerd onder P6000002263.
Op 14 juni 2024 werd advies gevraagd aan Proximus, maar het advies werd niet ontvangen binnen de wettelijke termijn. Het advies wordt geacht stilzwijgend gunstig te zijn.
Op 14 juni 2024 werd advies gevraagd aan Omgevingsloket Wyre. Op 17 juni 2024 werd het volgende voorwaardelijk gunstig advies verleend:
“Wij zijn nagegaan welke aanpassing van de infrastructuur van Wyre nodig is om deze adviesvraag correct te beantwoorden. Er is impact op onze kabelinfrastructuur. U kan uw aanvraag indienen op volgend mailadres => netaanleg.gent@wyre.be”
Interne adviezen
Het advies van Lievegem – deelteam groen luidt als volgt:
“Het rooien van de bomen is noodzakelijk voor de aanlegwerken mogelijk te maken.
De algemene conditie van de bestaande bomen is vrij slecht. Naar de toekomst toe is het behoud ervan twijfelachtig.
Er wordt in de nieuwe tussenstroken een compensatie uitgevoerd. Aandachtpunt hierbij is de doorwortelbaarheid en de lucht-waterhuishouding van de ondergrond. Omwille van de verharding langs beide zijde wordt er als het ware een bloempot-effect gecreëerd.
Dit heeft als resultaat dat er weinig water voorhanden is in de zomer en overvloed in de winter. Waardoor de wortels mogelijks afsterven. Volwaardige toekomstbomen aanplanten is op deze manier onzeker. Een aangepaste kantstrook langs het fietspad, drainerende verbindingsbuizen tussen de plantstrook en de waterloop dat het overtollig water in de winter afvoert, kan dergelijk probleem verhelpen.”
Het advies van Lievegem – deelteam wegen en mobiliteit luidt als volgt:
“Het ontwerp werd opgemaakt op vraag van het bestuur en in nauw overleg tussen de ontwerper en team wegen, groen & mobiliteit. Alle plannen zijn conform voorgaande besprekingen.”
Advies omgevingsambtenaar
Inhoudelijke beoordeling
Als een vergunningsaanvraag, de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg omvat, wordt de gemeenteraad samengeroepen om hierover een beslissing te nemen. De gemeenteraad spreekt zich in zijn beslissing uit over de ligging, de breedte en de uitrusting van de gemeentewegen én over de eventuele opname in het openbaar domein.
Er wordt een breder fietspad voorzien, zodat er een veiligere en functionele verbinding tot stand komt voor fietsers. Door de groene veiligheidsstroken tussen het fietspad en de rijweg wordt dit project maximaal geïntegreerd in deze landschappelijke omgeving. Grachten worden enkel ingebuisd waar open grachten niet mogelijk zijn.
Er worden tevens 15 bomen gerooid, die in conflict komen met de aangevraagde werken. Er worden ter compensatie 125 nieuwe bomen aangeplant langsheen het traject, wat een ruime compensatie betreft.
De aanvraag houdt rekening met de doelstelling en principes uit artikelen 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen. De aanvraag kadert immers in de uitbouw van een veilig wegennet en deze wijziging staat ten dienste van het algemeen belang.
Bespreking interne en externe adviezen
In het advies van deelteam groen wordt aangehaald om de middenbermen langs het fietspad uit te rusten met een aangepaste kantstrook. Er zijn echter geen kantstroken voorzien, zodat een natuurlijke afwatering van de rijweg naar de middenberm mogelijk is en van het fietspad richting de gracht. Dergelijke natuurlijke afwatering is beter voor de plaatselijke waterhuishouding.
In het advies van deelteam groen en het advies van de IOED in samenspraak met RLML is aangehaald dat de doorwortelbaarheid een aandachtspunt moet zijn, gelet op de beperkte ruimte voor de bomen. In dat opzicht wordt als uitdrukkelijke voorwaarde opgelegd dat de plantzones bij de verhardingswerken optimaal dienen voorbereid te worden, zodat de bomen maximaal bewortelbare oppervlakte hebben. Tevens dienen drainerende verbindingen, waar mogelijk (ingeval van geen conflict met nutsleidingen), te worden voorzien tussen de plantstrook en de gracht, zodat een afvoering van overtollig water in de winter mogelijk is.
In het advies van het Agentschap Landbouw en Zeevisserij wordt de toegankelijkheid tot de landbouwgebruiksgronden aangehaald als aandachtspunt. Dit aandachtspunt geldt eigenlijk algemeen. De toegankelijkheid tot de woningen, bedrijven en landbouwgebruiksgronden wordt bij infrastructuurwerken sowieso in gedachte gehouden, maar houdt geen verband met het tracé zelf.
De adviezen afgeleverd door Fluxys en Elia worden bijgetreden. Deze omvatten specifieke gegegevens aangaande afstanden in het kader van veiligheid. Er wordt in de voorwaarden opgenomen dat deze adviezen, met hun algemene en bijzondere voorwaarden en maatregelen integraal moeten worden nageleefd.
Conclusie
Gunstig advies onder de volgende voorwaarden:
- De plantzones dienen bij de verhardingswerken optimaal voorbereid te worden, zodat de bomen maximaal bewortelbare oppervlakte hebben.
- Drainerende verbindingen dienen te worden voorzien, waar mogelijk (ingeval van geen conflict met nutsleidingen), tussen de plantstrook en de gracht, zodat een afvoering van overtollig water in de winter mogelijk is.
- De adviezen van Fluxys van 28 juni 2024 en Elia van 17 juni 2024 moeten, met hun algemene en bijzondere voorwaarden en maatregelen, integraal worden nageleefd.
De gemeenteraad neemt kennis van de voormelde adviezen en maakt deze zich eigen.
Enig artikel
De gemeenteraad keurt de zaak van de wegen goed, met name aanleg van een fietspad langs Leischoot ZN te 9931 Lievegem, zoals ontworpen in de omgevingsvergunningsaanvraag O/2024/166, onder de volgende voorwaarden
- De plantzones dienen bij de verhardingswerken optimaal voorbereid te worden, zodat de bomen maximaal bewortelbare oppervlakte hebben.
- Drainerende verbindingen dienen te worden voorzien, waar mogelijk (ingeval van geen conflict met nutsleidingen), tussen de plantstrook en de gracht, zodat een afvoering van overtollig water in de winter mogelijk is.
- De adviezen van Fluxys van 28 juni 2024 en Elia van 17 juni 2024 moeten, met hun algemene en bijzondere voorwaarden en maatregelen, integraal worden nageleefd.
Hilde De Graeve, schepen
Het koninklijk besluit van 25 september 2022 over de Intergemeentelijke Vereniging Veneco (KBO nr. 0200.065.765) die vergund wordt om een gemeenschappelijke interne dienst voor preventie en bescherming op het werk op te richten
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, artikel 56§1 en Afdeling 3 – Dienstverlenende en opdrachthoudende verenigingen
Statuten van de dv Veneco
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 6 augustus 2024 over principiële goedkeuring voor de toetreding tot de Gemeenschappelijke interne dienst voor preventie en bescherming op het werk Veneco
De gemeente Lievegem is lid van de dv Veneco.
Op 31 december 2024 beëindigt SolVa het contract voor de interne preventiedienst met het lokaal bestuur Lievegem.
Veneco is bereid om deze taak over te nemen vanaf 1 januari 2025.
Veneco heeft een gemeenschappelijke interne preventiedienst opgericht waar de lokale besturen, OCMW’s, politiezones en eventueel andere welzijnsorganisaties deel kunnen van uit maken.
Zij hebben hiervoor op 15 september 2020 een aanvraag tot erkenning ingediend. De toelating wordt verleend door de minister van werk en gebeurt via een Koninklijk Besluit. De erkenning werd gegeven in het Koninklijk Besluit van 6 juni 2022 (HUA/32799/S/GDSC522). De dienst is reeds operationeel sinds 1 januari 2021.
Aan het overlegcomité wordt op 28 augustus 2024 een positief advies gevraagd om toe te treden tot deze dienstverlening.
De gemeenschappelijke interne dienst voor preventie en bescherming op het werk (of kortweg GIDPBW) van Veneco is officieel erkend op 6 juni 2022. De GIDPBW adviseert de aangesloten besturen bij de uitvoering van hun welzijnsbeleid. De preventieadviseurs geven de werkgever, leidinggevenden en werknemers informatie, advies en opleidingen over allerlei topics van de verschillende welzijnsdomeinen (arbeidsveiligheid, arbeidsgezondheid, ergonomie, arbeidshygiëne en psychosociale belasting veroorzaakt door het werk).
Een greep uit het diverse takenpakket van de GIDPBW:
De gemeente moet toetreden tot een externe dienst voor preventie en bescherming op het werk.
Veneco schreef hiervoor een raamcontract uit voor het aanstellen van een gemeenschappelijke externe dienst voor alle besturen die aangesloten zijn bij de GIDPBW.
De gemeente moet toetreden tot de gegunde externe dienst voor preventie en bescherming op het werk om te kunnen genieten van de interne dienst van Veneco.
De gemeente krijgt een jaar uitstel om toe te treden op de externe dienst voor preventie en bescherming op het werk.
Er werd een raming van de kosten gemaakt op basis van de aangeleverde gegevens van de geïnteresseerde besturen. De kosten omvatten de bruto-personeelskost, 15% algemene kosten en de verplaatsingskosten. Deze totale kost wordt voor 10% gelijk verdeeld over de deelnemende besturen. De overige 90% wordt verdeeld volgens een risicowaardering (wegingsfactor volgens het type werknemer).
Op basis van het personeelsbestand van 31 december 2023 wordt de jaarlijkse kost voor de gemeente geraamd op € 28.000. De nodige kredieten worden voorzien op jaarbudgetrekening xxxx/GBB-PER/0112-01/6231000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN.
Enig artikel
De gemeenteraad neemt kennis van de toetredingsvoorwaarden tot de intergemeentelijke preventiedienst van Veneco en beslist om toe te treden tot de interne dienst voor het uitvoeren van haar opdracht in het kader van preventie en welzijn op het werk.
Hilde De Graeve, schepen
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, artikel 56§1 en Afdeling 3 – Dienstverlenende en opdrachthoudende verenigingen
Het besluit van de gemeenteraad van 12 september 2024 over Veneco - Gemeenschappelijke interne dienst voor preventie en bescherming op het werk - toetreding: goedkeuring
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 6 augustus 2024 over Gemeenschappelijke interne dienst voor preventie en bescherming op het werk Veneco: principiële goedkeuring
Ingevolge de toetreding tot de Gemeenschappelijke lnterne Dienst voor Preventie en Bescherming op het Werk van de dienstverlenende vereniging Veneco moet een vertegenwoordiger in het beheerscomité worden aangeduid.
Schepen Hilde De Graeve wordt voorgesteld als nieuwe vertegenwoordiger in het beheerscomité van de Gemeenschappelijke lnterne Dienst voor Preventie en Bescherming op het Werk van de dienstverlenende vereniging Veneco.
De vertegenwoordigers kunnen voor de volledige legislatuur aangeduid worden.
De stemming over het aanwijzen van vertegenwoordigers van de gemeente in overlegorganen, in de organen van ander rechtspersonen en feitelijke verenigingen moeten geschieden bij geheime stemming.
Gaat over tot geheime stemming.
Hilde De Graeve: 19 stemmen
Didier Garre: 4 stemmen
Gunter Lippens: 1 stem
Er werd een raming van de kosten gemaakt op basis van de aangeleverde gegevens van de geïnteresseerde besturen. De kosten omvatten de bruto-personeelskost, 15% algemene kosten en de verplaatsingskosten. Deze totale kost wordt voor 10% gelijk verdeeld over de deelnemende besturen. De overige 90% wordt verdeeld volgens een risicowaardering (wegingsfactor volgens het aantal en type werknemer).
De concrete modaliteiten worden verder voorbereid.
Artikel 1
De gemeenteraad stemt in met de aanstelling Hilde De Graeve (politiek mandaat) om deel uit te maken van het beheerscomité.
Artikel 2
Deze aanduiding is geldig voor de resterende duur van de legislatuur 2019-2024.
Hilde De Graeve, schepen
Jeroen Van Acker, schepen
Wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 40, §3 en 286
Besluit van de gemeenteraad van 3 juli 2019 over Rechtspositieregeling gemeente Lievegem: goedkeuring, zoals gewijzigd door de besluiten van 1 juli 2020, 18 november 2020 en 24 november 2021 en 14 september 2022
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 5 maart 2024 over Personeel - team personeel - externe begeleiding door Jurplus: goedkeuring
Besluit van de gemeenteraad van 26 juni 2024 over Personeel - arbeidsreglement gemeente en OCMW Lievegem - wijziging: vaststelling
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 13 augustus 2024 over Personeel - Arbeidsreglement - Aanpassing smartphone reglement: principiële goedkeuring
Volgens de bepalingen van het huidige smartphonereglement is het niet mogelijk om de GSM van Lievegem te gebruiken voor privédoeleinden en vice versa. Het is voor sommige functies noodzakelijk om hierin een alternatief te bieden (bv. permanentie), alsook laat de prijszetting van de raamovereenkomst telefonie onder de Vlaamse Overheid meer mogelijkheden toe.
Het MAT besliste in januari om team IT en team personeel te laten onderzoeken of er een systeem met 'Bring Your Own Device' kan opgezet worden. In dit scenario koopt de medewerker een toestel waarvan hij/zij verklaart dit ook voor het werk te gaan gebruiken. Hierin wordt de medewerker gecompenseerd (steeds met een minimum inbreng van € 100 om geen aanrekening voordelen alle aard te hebben) en draagt het lokaal bestuur maximum € 300 bij.
Op het toestel zelf kan een werk- en privéprofiel ingesteld worden, waardoor vanaf één toestel kan gewerkt worden. Team IT heeft in dit scenario de mogelijkheid om apps te beheren op het bedrijfsprofiel, maar kan geenszins aan de apps en informatie op het privéprofiel.
De impact van deze beslissing werd financieel berekend en betekent voor het lokale bestuur geen extra negatieve last. Gesprekken en gebruik van data kunnen door middel van de twee profielen gescheiden worden (= split bill), waarvoor de RSZ ondertussen positief geadviseerd heeft.
Binnen dit kader stelt het MAT voor om tegelijkertijd elke medewerker van een mailadres van de organisatie te voorzien. Gezien we op dit toestel een werkprofiel plaatsen, kan elke medewerker via deze weg z'n professionele communicatie ontvangen en beantwoorden. Door elke medewerker in de organisatie deze optie te geven, kunnen we team infrastructuur ook de middelen geven om de vrijstelling doorstorting bedrijfsvoorheffing voor werken in onroerende staat (WIOS) op te starten, waarbij ze met behulp van hun smartphone en 3P zullen kunnen aangeven aan welk project men werkt. We kunnen ten slotte ook elke medewerker die geen laptop heeft, de mogelijkheid geven om in te prikken in de prikklok via hun smartphone (bv. voor medewerkers schoonmaak en logistiek en kinderbegeleiders).
We behouden wel de mogelijkheid dat medewerkers de werkwijze op vandaag toepassen, nl. een toestel gefinancierd door de gemeente en enkel voor professionele doeleinden.
Na bespreking in de zitting van 25 juni 2024 werd opdracht gegeven aan Jurplus om een nieuw smartphone reglement uit te werken waarbij met volgende uitgangspunten moest rekening gehouden worden:
Het ontwerp van reglement opgemaakt door Jurplus werd besproken in het managementteam van 7 augustus 2024 en her en der nog wat aangepast waarna het door het college van burgemeester en schepenen principieel werd goedgekeurd.
Het ontwerp werd voorgelegd aan het Bijzonder Onderhandelingscomité en Hoger Overlegcomité op 28 augustus 2024 (verslag in bijlage).
Enig artikel
De gemeenteraad stelt de wijzigingen aan BIJLAGE VII. Smartphone reglement van het arbeidsreglement voor gemeente en OCMW Lievegem vast.
Hilde De Graeve, schepen
Caroline Fredrick, schepen
Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur,
De beslissing van de gemeenteraad van 14 september 2023 met als onderwerp ‘Organogram Lievegem - aanpassing: vaststelling'
Het college van burgemeester en schepenen van 18 juni 2024 over 'Personeel - Organogram Lievegem - aanpassing: principiële goedkeuring'
Het verslag van het Hoger Overlegcomité van 28 augustus 2024
Het college van burgemeester en schepenen ging in de zitting van 18 juni 2024 principieel akkoord met een wijziging van het organogram, meer bepaald voor wat betreft team sport.
In het Hoger Overlegcomité van 28 augustus 2024 werd de aanpassing van het organogram (team sport) besproken met de representatieve vakorganisaties.
In 2023 werd het organogram van de organisatie onder de loep genomen. Team sport werkte toen met één teamleider die theoretisch elke medewerker aanstuurde.
Onder impuls van verbeteractie ACT-627 (Evalueren span of control van de teamleiders (bottlenecks m.b.t. informatie)), gedefinieerd vanuit de organisatieaudit (2021), werd voor team sport beslist om de deskundige sportpromotie aan te duiden als leidinggevende over de sportpromotoren en de deskundige sportinfrastructuur aan te duiden als leidinggevende over de medewerkers schoonmaak.
De teamleider sport brengt dit thema opnieuw onder de aandacht.
We stellen vast dat de vermelde aanpassing van de span of control in 2023 onvoldoende is om de rol van teamleider ten gronde te kunnen uitvoeren. De theoretische span of control van de teamleider sport op vandaag bedraagt 17 medewerkers, verspreid over 3 sites en met een grote variëteit in takenpakket.
Een aanpassing van de hiërarchische lijn binnen team sport is noodzakelijk zodat de teamleider in staat kan zijn om alle rollen van een leidinggevende in te vullen (en niet enkel het managen van de dagdagelijkse werking).
De aanpassingen voor team sport omvatten:
Deze aanpassing laat ook toe om binnen team sport meer mogelijkheden qua back-up af te spreken bij afwezigheid van één van de leidinggevenden, hetgeen nu uitsluitend op de schouders van de teamleider rust.
Dit zorgt voor volgend organogram:
De vooropgestelde bijsturing van het organogram voor team sport impliceert de toevoeging van één VTE op loonschaal D4-D5. Uitgaande van 10 jaar anciënniteit komt dit op jaarbasis neer op een meerkost van € 61.232.
Vanuit budgettair oogpunt stellen er zich evenwel geen problemen om de financiële impact van deze organogramaanpassing op te vangen. Voor opmaak van de personeelsbegroting 2024 werd, overeenkomstig de vooruitzichten van het Federaal Planbureau, nog rekening gehouden met indexaties in april en augustus 2024. De vooropgestelde indexatie voor april 2024 heeft zich uiteindelijk maar voorgedaan in juni 2024. En een eerstvolgende indexatie zou zich volgens de vooruitzichten van het Federaal Planbureau van 4 juni 2024 maar aandienen in april 2025. Op basis van deze bijgestelde verwachtingen bevat de personeelsbegroting 2024 op heden dus al zeker een overschot van circa € 200.000. Dit overschot is in het actueel meerjarenplan logischerwijze ook vervat in de personeelsbegrotingen voor 2025 en 2026.
Deze bijkomende functie kan ook pas op zijn vroegst worden ingevuld vanaf 1 oktober waardoor de financiële impact voor 2024 maximaal € 15.308 zal bedragen.
De voorgestelde wijziging wordt meegenomen in de eerstvolgende actualisatie van het meerjarenplan.
Enig artikel
De gemeenteraad stelt het aangepaste organogram voor team sport vast.
Nicholas Spinel, voorzitter
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 31 en 278
Gemeenteraadsbesluit van 14 september 2022 over de goedkeuring huishoudelijk reglement gemeenteraad, artikel 11
De gemeenteraadsleden hebben het recht aan het college van burgemeester en schepenen mondelinge en schriftelijke vragen te stellen. Voor het stellen van een vraag is geen toegelicht voorstel van beslissing nodig.
Op schriftelijke vragen van raadsleden wordt binnen de maand na ontvangst schriftelijk geantwoord. Een kopie van de vraag en het antwoord worden per e-mail bezorgd aan de raadsleden.
Na afhandeling van de agenda van de openbare vergadering van de gemeenteraad kunnen de raadsleden mondelinge vragen stellen over gemeentelijke aangelegenheden, die niet op de agenda van de gemeenteraad staan.
Op deze mondelinge vragen wordt ten laatste tijdens de volgende zitting geantwoord.
De behandeling van een mondelinge vraag beperkt zich tot vraag en antwoord en kan geen aanleiding geven tot een discussie tussen raadsleden.
In de notulen van de zitting wordt melding gemaakt van de naam van de vraagsteller, aan wie de vraag is gericht en het onderwerp.
Het zittingsverslag van de vergadering van de gemeenteraad vermeldt de mondelinge en schriftelijk gestelde vragen en antwoorden.
Vragen en antwoorden over:
1.Schriftelijke vragen:
Er waren geen schriftelijke vragen.
2. Mondelinge vragen:
2.1 Raadslid Wouter De Muynck: Kiezelsteentjes op het fietspad in de Weststraat.
Er zijn opmerkingen gekomen van fietsgebruikers in de Weststraat. Veel opritten zijn aangelegd met kiezelsteentjes, die op de weg komen. Er is ook hinder voor mensen met een step.
Het probleem doet zich vooral voor op het fietspad aan de rechterkant als je richting Zomergem rijdt.
Schepen Freddy Haegeman antwoordt dat hij dit zal bekijken.
2.2 Raadslid Didier Garré: Gras aan de hondenlosloopweide
Het gras aan de hondenlosloopweide staat zeer hoog
Burgemeester Kim verduidelijkt dat het gras ondertussen gemaaid is.
De voorzitter sluit de zitting op 13/09/2024 om 07:43.
Namens Gemeenteraad,
Kenneth Pauwels
algemeen directeur
Nicholas Spinel
voorzitter