Martine Gyssels, schepen
Decreet lokaal bestuur van 20 december 2017, artikel 40
Eredienstendecreet van 7 mei 2004, artikel 48, 49 en over betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten
Gemeenteraadsbesluit van 14 september 2022 over de kennisname van het budget 2023 van de kerkfabriek Sint Jans Onthoofding Oostwinkel
Beslissing van het college van 26 september 2023 over de budgetwijziging 2023/1 van de kerkfabriek Sint Jans Onthoofding Oostwinkel
In de budgetwijziging 2023 /1 voor de kerkfabriek Sint Jans Onthoofding Oostwinkel wordt een actualisatie gedaan omdat ze de subsidies nog niet kregen. De terugbetaling aan de gemeente is nog kunnen gebeuren.
De budgetwijziging 2023 /1 voor de kerkfabriek Sint Jans Onthoofding Oostwinkel werd goedgekeurd door de kerkraad op 12 april 2023.
De budgetwijziging 2023 /1 voor de kerkfabriek Sint Jans Onthoofding Oostwinkel werd besproken tijdens het overleg op 25 mei 2023 met een afvaardiging van de gemeente.
De budgetwijziging 2023 /1 voor de kerkfabriek Sint Jans Onthoofding Oostwinkel werd ingediend bij het centraal kerkbestuur op 12 juni 2023.
De budgetwijziging 2023 /1 voor de kerkfabriek Sint Jans Onthoofding Oostwinkel werd samen met het advies van het Bisdom, via Religiopoint, ingediend bij het gemeentebestuur op 18 augustus 2023.
Het Bisdom verleende gunstig advies, mits opname van de € 65.000 terugbetaling van de prefinanciering door de gemeente onder MAR 459 i.p.v. MAR 450.
De budgetwijziging 2023/1 valt binnen het krediet zoals voorzien in het meerjarenplan hetgeen inhoudt dat de gemeenteraad dit niet moet goedkeuren.
Er wordt geen gemeentelijke toelage aangevraagd. Deze budgetwijziging heeft dus geen financiële impact voor Lievegem.
Dit besluit gaat, via religiopoint, naar de kerkfabriek, het centraal kerkbestuur en het bisdom.
Website
ABB via digitaal loket
Team financiën
Enig artikel
De gemeenteraad neemt kennis van de budgetwijziging 2023/1 van de kerkfabriek Sint Jans Onthoofding Oostwinkel mits opname van de € 65.000 terugbetaling van de prefinanciering door de gemeente onder MAR 459 i.p.v. MAR 450.