De voorzitter opent de zitting op 26/06/2024 om 21:01.
Nicholas Spinel, Voorzitter
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 32 en 74
Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 29 mei 2019 houdende goedkeuring huishoudelijk reglement ocmw-raad, artikel 31 en 32
De notulen en het zittingsverslag van de vergadering van de OCMW-raad worden onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur opgesteld.
Behalve in spoedeisende gevallen worden de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering ten minste acht dagen voor de dag van de vergadering ter beschikking gesteld van de OCMW-raadsleden.
Elk OCMW-raadslid heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de OCMW-raad worden aangenomen, worden de notulen en het zittingsverslag in die zin aangepast.
Als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze ondertekend door de voorzitter van de OCMW-raad en de algemeen directeur.
Het zittingsverslag is te bekijken op https://youtu.be/uU9xQyhDYlE
De OCMW-raad keurt de notulen en het zittingsverslag van de OCMW-raadszitting van 29 mei 2024 goed.
Hilde De Graeve, schepen
Het decreet lokaal bestuur, artikelen 84, 293 en 296
Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, artikel 28 §1.4°c)
Domeingoederendecreet 30 november 2018
Omzendbrief KB/ABB 2019/3 over de transacties van onroerende goederen door lokale en provinciale besturen en door besturen van de erkende erediensten
Besluit van het college van 30 november 2021 houdende aanstelling van een erkend landmeter/schatter-expert voor de opmaak van een opmetingsplan en schattingsverslag voor de bouwgrond en landbouwgrond Bliekput - Krakeelhoek
Besluit van het Vast Bureau van 13 december 2022 voor het opmetingsplan te verkopen gronden Bliekput
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 21 maart 2023 voor het verkoopbaarheidsattest verkaveling Bliekput 16-18, 9950 Lievegem (OMV_2022068455; V/2022/11)
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 27 september 2022 voor het verkavelen gronden - V/2022/11 - Bliekput 16 en 18
Besluit van het Vast Bureau van 21 maart 2023 voor het schattingsverslag Bouwgrond Bliekput 16-18 en weiland Bliekput zn
Besluit van het Vast Bureau van 21 maart 2023 voor de aanstelling notaris voor de verkoop van de bouwgrond Bliekput 16-18 en landbouwgrond Bliekput zn
De gemeente wenst over te gaan tot het verkopen van volgende onroerende goed via openbare verkoop met notaris: bouwgronden en landbouwgrond Bliekput - Krakeelhoek, 9950 Lievegem, kadastraal gekend als 4e afdeling, sectie C, nr. 1389A;
Landmeter-expert Arthur Standaert heeft op 15 november 2022 een opmetingsplan gemaakt van het perceel Lievegem 4e afdeling sectie C nr. 1389A. Volgens dit opmetingsplan heeft dit perceel een perceel bouwgrond van 671,41m² (lot 1), een perceel bouwgrond van 670,02m² (lot 2) en een perceel landbouwgrond van 3.328,01m² (lot 3). Er is tevens reeds een prekadastratie in orde gebracht.
Het college van burgemeester en schepenen heeft op 27 september 2022 een voorwaardelijke omgevingsvergunning verleend tot het verkavelen van de grond Bliekput zn, 9950 Lievegem, in 2 loten voor open bebouwing. Op 21 maart 2023 heeft het college van burgemeester en schepenen het verkoopbaarheidsattest afgeleverd voor deze verkaveling van 2 loten, Bliekput 16 en 18, 9950 Lievegem.
De akte voor verkaveling/splitsing-verdeling, opgemaakt door de geassocieerde notarissen De Raedt-Pauwels te Lievegem (in bijlage), wordt ter goedkeuring voorgelegd.
Enig artikel
De OCMW-raad keurt het voorstel van de akte verkaveling/splitsing-verdeling, met het oog op de verkoop van het onroerend goed, zijnde bouwgronden Bliekput 16 en 18 en landbouwgrond Bliekput zn, 9950 Lievegem, kadastraal gekend Lievegem 4e afdeling sectie C nr. 1389A, goed.
Hilde De Graeve, schepen
Het decreet lokaal bestuur, artikelen 78 11° , 293 en 296
Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, artikel 28 §1.4°c)
Domeingoederendecreet 30 november 2018
Omzendbrief KB/ABB 2019/3 over de transacties van onroerende goederen door lokale en provinciale besturen en door besturen van de erkende erediensten
Besluit van het college van 30 november 2021 houdende aanstelling van een erkend landmeter/schatter-expert voor de opmaak van een opmetingsplan en schattingsverslag voor de bouwgrond en landbouwgrond Bliekput - Krakeelhoek
Besluit van het Vast Bureau van 13 december 2022 voor het opmetingsplan te verkopen gronden Bliekput
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 21 maart 2023 voor het verkoopbaarheidsattest verkaveling Bliekput 16-18, 9950 Lievegem (OMV_2022068455; V/2022/11)
Besluit van het Vast Bureau van 21 maart 2023 voor het schattingsverslag Bouwgrond Bliekput 16-18 en weiland Bliekput zn
Besluit van het Vast Bureau van 21 maart 2023 voor de aanstelling notaris voor de verkoop van de bouwgrond Bliekput 16-18 en landbouwgrond Bliekput zn
Besluit van de raad voor maatschapplijk welzijn van 26 juni 2024 over de goedkeuring van de ontwerp verkavelingsakte voor de verkoop van de bouwgrond Bliekput 16-18 en landbouwgrond Bliekput
De gemeente wenst over te gaan tot het verkopen van volgende onroerende goed via openbare verkoop met notaris: bouwgrond en landbouwgrond Bliekput - Krakeelhoek, 9950 Lievegem, kadastraal gekend als 4e afdeling, sectie C, nr. 1389A.
Landmeter-expert Arthur Standaert heeft op 15 november 2022 een opmetingsplan gemaakt van het perceel Lievegem 4e afdeling sectie C nr. 1389A. Volgens dit opmetingsplan heeft dit perceel een perceel bouwgrond van 671,41m² (lot 1), een perceel bouwgrond van 670,02m² (lot 2) en een perceel landbouwgrond van 3.328,01m² (lot 3). Er is tevens reeds een prekadastratie in orde gebracht.
Landmeter-expert Danny Demoor heeft op 1 februari 2023 een schattingsverslag gemaakt van de bouwgronden en landbouwperceel Bliekput 16-18 en zn Lievegem op bovenvermeld perceel. Dit verslag is louter bestemd ter kennisgeving van het vast bureau. Dit document mag niet aan derden worden overgemaakt.
Het onroerend goed, zijnde bouwgronden Bliekput 16 en 18 en landbouwgrond Bliekput zn, 9950 Lievegem, kadastraal gekend Lievegem 4e afdeling sectie C nr. 1389A, met een oppervlakte van 4.669,44 m² volgens het opmetingsplan van 15 november 2022, wordt openbaar online verkocht via de geassocieerde notarissen De Raedt-Pauwels te Lievegem.
De verkoop van deze gronden is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025, budget 2024 als actie 423.
De opbrengst van de verkoop zal gebruikt worden voor de financiering van de in het meerjarenplan opgenomen investeringen.
De verkoopsvoorwaarden opgemaakt door de geassocieerde notarissen De Raedt-Pauwels te Lievegem (in bijlage), met vermelding van de instelprijs van 135.000 euro (lot 1), 140.000 euro (lot 2) en 19.500 euro (lot 3), worden ter goedkeuring voorgelegd.
De verkoopprijs voor de onroerende goederen zal worden geregistreerd onder jaarbudgetrekening 2024/ACT-423/0050-00/2210000/OCMW/VB/IP-GEEN waarop een ontvangstenkrediet is voorzien van 475.000 euro voor deze gronden.
Artikel 1
Het onroerend goed, zijnde bouwgronden Bliekput 16 en 18 en landbouwgrond Bliekput zn, 9950 Lievegem, kadastraal gekend Lievegem 4e afdeling sectie C nr. 1389A, met een oppervlakte van 4.669,44 m² volgens het opmetingsplan van 15 november 2022, wordt openbaar online verkocht via de geassocieerde notarissen De Raedt-Pauwels te Lievegem.
Artikel 2
Het OCMW Lievegem zal het in artikel 1 vermeld goed verkopen:
- tegen de minimumprijs van 215.000 euro (lot 1), 235.000 euro (lot 2) en 26.500 euro (lot 3);
- volgens de verkoopsvoorwaarden opgemaakt door de geassocieerde notarissen De Raedt-Pauwels en als dusdanig integraal deel uitmakend van deze beslissing.
Artikel 3
Het vast bureau zal kennis nemen van het bedrag van het weerhouden bod en mag de verkoop aanvaarden indien deze voldoet aan de verkoopsvoorwaarden bepaald in dit besluit.
Kim Martens, burgemeester
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 over het voorontwerp van de beleidsrapporten en de opvolgingsrapportering, inzonderheid artikelen 171 §4, 176 en 263
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 over de voorafgaande krediet- en wetmatigheidscontrole, het debiteurenbeheer, de thesaurietoestand, de liquiditeitsprognose, de beheerscontrole, de evolutie van de budgetten en de financiële risico's, artikel 177
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 over het systeem van klachtenbehandeling, artikel 302 en 303
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 over de jaarlijkse rapportering over de organisatiebeheersing, artikel 219
Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen van 30 maart 2018, inzonderheid de artikelen 6, 29 en 108
Ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen, inzonderheid artikel 5
Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 18 december 2019 tot vaststelling van het meerjarenplan 2020-2025 voor haar gedeelte
Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 16 december 2020 tot vaststelling van de meerjarenplanaanpassing 2020-2025 voor haar gedeelte
Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 22 december 2021 tot vaststelling van de meerjarenplanaanpassing 2020-2025 voor haar gedeelte
Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 21 december 2022 tot tot vaststelling van de meerjarenplanaanpassing 2020-2025 voor haar gedeelte
Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 14 september 2023 over meerjarenplan 2020-2025 - opvolgingsrapportering eerste semester 2023
Besluit van het vast bureau van 4 oktober 2023 over kwartaalrapportering eerste tot tweede kwartaal 2023
Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 18 oktober 2023 over kwartaalrapportering eerste tot tweede kwartaal 2023
Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 29 mei 2024 over de jaarrekening 2023
Besluit van het vast bureau van 11 juni 2024 over kwartaalrapportering eerste tot vierde kwartaal 2023 (jaarverslag)
Overeenkomstig artikel 263 van het decreet lokaal bestuur bepalen de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn wanneer hen een opvolgingsrapportering, met een stand van zaken van de uitvoering van het meerjarenplan, wordt voorgelegd. Hierbij wordt minstens voor het einde van het derde kwartaal een opvolgingsrapportering over het eerste semester van het boekjaar voorgelegd.
Volgens artikel 29 van het besluit van de Vlaamse Regering over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen hoort de opvolgingsrapportering minstens volgende elementen te bevatten:
In functie van de rapportering over het meerjarenplan 2020-2025 werd geopteerd voor een rapportering op actieniveau.
Overeenkomstig artikel 171 van het decreet lokaal bestuur staat de financieel directeur in volle onafhankelijkheid in voor:
De financieel directeur rapporteert in volle onafhankelijkheid over de volgende aangelegenheden aan de gemeenteraad, aan de raad voor maatschappelijk welzijn, aan het college van burgemeester en schepenen, en aan het vast bureau:
Overeenkomstig artikel 303, §3 rapporteert de algemeen directeur jaarlijks aan de raad voor maatschappelijk welzijn over de klachten ingediend tegen het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn.
Overeenkomstig artikel 219 rapporteert de algemeen directeur jaarlijks aan het college van burgemeester en schepenen, de gemeenteraad, de raad voor maatschappelijk welzijn en het vast bureau over de organisatiebeheersing. Die rapportering gebeurt jaarlijks uiterlijk voor 30 juni van het daaropvolgende jaar.
Lokaal bestuur Lievegem wil de decretaal verplichte rapporteringen integreren tot één beleidsrapport en uitbreiden met informatie over de reguliere werking en dienstverlening. Aan de hand van dit beleidsrapport kan het beleid en het management gefundeerde beslissingen nemen en de werking op een goede manier sturen.
De kwartaalrapportering werd in 2022 opgestart met een aantal pilootteams en nadien geëvalueerd. Voor 2023 opteerden we voor een beknoptere rapportering, verplicht voor alle teams. Deze rapportering omvat per team en per kwartaal:
Ook de verplichte rapporteringen werden hierin opgenomen met uitzondering van de opvolgingsrapportering die samen met de jaarrekening werd voorgelegd aan de raden om de diensten extra tijd te geven voor de opmaak van de kwartaalrapportering:
Vanaf 2024 werd de kwartaalrapportering (update prioritaire en niet-prioritaire acties, verbeteracties organisatiebeheersing, informatie en statistieken dienstverlening, financiële rapportering, ...) geautomatiseerd binnen Pepperflow, een tool voor projectbeheer en monitoring. Een rapportering per kwartaal was nog niet mogelijk wegens de opzet van het systeem en de leercurve voor de verschillende teams. Ons streefdoel blijft nog altijd een rapportering per kwartaal.
Enig artikel
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de kwartaalrapportering over het eerste tot vierde kwartaal 2023 (jaarverslag), zoals gevoegd in bijlage.
Hilde De Graeve, schepen
Wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 40 §3 en 286
Decreet van 16 juni 2023 tot wijziging van het Provinciedecreet van 9 december 2005 en het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur wat betreft de beëindiging van de hoedanigheid van ot wijziging van de artikelen 3, 35, 46, 60, 64, 66 en 68 en de invoering van een artikel 67bis in het koninklijk besluit van 30 maart 1967 tot bepaling van de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers
Besluit van de Vlaamse Regering van 12 januari 2024 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juli 2022 over een nieuwe functieclassificatie bij lokale besturen en over aangepaste salarisschalen ter uitvoering van het Zesde Vlaams Intersectoraal akkoord van 30 maart 2021 voor de social/non-profitsectoren en het besluit van de Vlaamse Regering van 20 januari 2023 tot vaststelling van de minimale voorwaarden van de rechtspositieregeling van het personeel van lokale en provinciale besturen
Besluit van de raad voor maatschappehet statutaire personeelslid (het Ontslagdecreet)Koninklijk besluit van 8 februari 2023 tlijk welzijn van 3 juli 2019 over Rechtspositieregeling OCMW Lievegem: goedkeuring, zoals gewijzigd door de besluiten van 1 juli 2020, 18 november 2020 en 24 november 2021 en 14 september 2022
Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 14 september 2023 over Personeel - arbeidsreglement gemeente en OCMW Lievegem: goedkeuring
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 5 maart 2024 over 'Personeel - team personeel - externe begeleiding door Jurplus: goedkeuring
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 21 mei 2024 over Personeel - arbeidsreglement: principiële goedkeuring
De raad keurde op 14 september 2023 het arbeidsreglement voor lokaal bestuur Lievegem goed.
In de zitting van het schepencollege van 5 maart 2024 keurde het college de overeenkomst tussen lokaal bestuur Lievegem en Jurplus goed. Hierin zijn eveneens het up to date houden van de rechtspositieregeling en het arbeidsreglement opgenomen.
Het ontslagdecreet dat van kracht is sinds 1 oktober 2023 werd in de vorige versie van het arbeidsreglement nog niet opgenomen. Het ontslagdecreet heeft de ontslagregeling voor zowel statutaire als contractuele medewerkers bij lokale besturen in Vlaanderen gelijkgesteld.
Op vraag van de medewerkers infrastructuur wordt de zomeruurregeling aangepast.
Verder werden ook een aantal aanpassingen toegevoegd door wijzigingen in de geldende regelgeving.
Als bijlage een samenvatting met de belangrijkste wijzigingen en het volledige arbeidsreglement met de aanpassingen in kleur.
Het ontwerp werd voorgelegd aan het Bijzonder Onderhandelingscomité en Hoger Overlegcomité op 27 mei 2024 (verslag in bijlage).
Artikel 1
In Titel I. Toepassingsgebied en algemene bepalingen worden de registratienummers toegevoegd en wordt de inleidende bepaling vervangen door: "Dit arbeidsreglement werd overgemaakt aan de Inspectie Toezicht van de Sociale Wetten en heeft als registratienummer 01/50313984/WE voor de gemeente en 01/50313986/WE voor het OCMW."
Artikel 2
De titel van artikel 5 wordt gewijzigd in "Aanwervingen en verwittigingsverplichting". De inhoud van het artikel zelf wordt gewijzigd als volgt: "Alle aanwervingen gebeuren overeenkomstig de bepalingen van de rechtspositieregeling.
Om de loonadministratie op een wettelijk correcte manier te kunnen uitvoeren, vragen wij om bij je indiensttreding volgende persoonsgegevens te bezorgen: naam, adres, verblijfplaats, rijksregisternummer, burgerlijke staat, gezinstoestand, nationaliteit en bankrekeningnummer. Bij wijziging van deze persoonlijke gegevens breng je onmiddellijk team personeel hiervan schriftelijk of per e-mail op de hoogte.
Bij fouten of onregelmatigheden ten gevolge van niet of niet correct verschafte informatie kan het bestuur in geen geval aansprakelijk gesteld worden."
Artikel 3
In artikel 9 over de uurregelingen wordt een paragraaf 4 toegevoegd: "§4. Als medewerker heb je het recht om een flexibele werkregeling aan te vragen voor twee zorgdoeleinden, zijnde:
§1. In artikel 12 over de zomeruurregeling wordt paragraaf 1 gewijzigd als volgt: "§1. Tijdens een warmteperiode kan er vanaf 15 mei tot en met 30 september van de normale uurregelingen worden afgeweken.
Wanneer het KMI drie opeenvolgende dagen temperaturen van 25° of meer voorspelt, dan kan de algemeen directeur, op advies van team infrastructuur, de zomeruurregeling aan- en afkondigen. Team infrastructuur kan op basis van deze beslissing per deelteam een regeling treffen."
§2. In paragraaf 2 wordt de eerste zin geschrapt, meer bepaald: "De zomeruurregelingen worden toegepast vanaf de start van de warmteperiode. De algemeen directeur neemt de beslissing."
Artikel 5
§1. In artikel 18 over de jaarlijkse vakantiedagen wordt in punt 18.1. Algemeen in het laatste lid geschrapt: "en statutaire medewerkers op proef".
§2. In hetzelfde artikel wordt punt 18.7. Arbeidsongeschiktheid tijdens de opname van vakantiedagen toegevoegd: "Wanneer je arbeidsongeschikt wordt tijdens een periode van vakantie zullen deze ziektedagen niet als jaarlijkse vakantiedagen worden aangerekend. Je ontvangt als contractueel medewerker gewaarborgd loon voor ziekte. Als statutair medewerker wordt dit aangerekend op jouw ziektekrediet. Je behoudt aldus het recht om de vakantiedagen later nog op te nemen.
Je dient aan onderstaande voorwaarden te voldoen:
Als je niet aan deze voorwaarden voldoet, verlies je het recht om deze dagen te behouden als vakantiedagen en gaan ze dus verloren."
§3. In hetzelfde artikel wordt punt 18.8. Overdracht vakantiedagen omwille van bepaalde afwezigheden toegevoegd: "Wanneer je in de onmogelijkheid bent om het vakantieverlof op te nemen omwille van één van de volgende onderbrekingen is het mogelijk om deze vakantiedagen op te nemen tot uiterlijk 24 maanden na het einde van het vakantiejaar:
Artikel 6
De titel van Titel IV wordt gewijzigd in: "Verboden handelingen, sancties en einde tewerkstelling".
Artikel 7
Artikel 20 over de opzeggingstermijnen wordt gewijzigd in: "Voor contractuelen en statutairen gelden de opzeggingstermijnen vermeld in de wet op de arbeidsovereenkomsten (wet 3 juli 1978)."
Artikel 8
§1. De titel van artikel 23 wordt gewijzigd in: " Sancties en tucht".
§2. De titel van artikel 23.1 wordt gewijzigd in: "Sancties contractuele medewerkers".
§3. Artikel 24 over sancties, orde- en tuchtmaatregelen statutaire medewerkers wordt verplaatst en krijgt als nieuwe nummering en titel 23.2. Tuchtmaatregelen statutaire medewerkers. In dit artikel worden de tuchtstraffen 'ontslag van ambtswege' en 'afzetting' geschrapt. In het voorlaatste lid wordt volgende verwijzing geschrapt: "(artikel 2281 van het Burgerlijk Wetboek)".
Artikel 9
§1. De titel van artikel 24 wordt gewijzigd in: "Einde tewerkstelling".
§2. In artikel 24 wordt artikel 24.1. Ontslag - Contractuele en statutaire medewerkers toegevoegd: "Je kan worden ontslagen omwille van beroepsongeschiktheid, jouw gedrag of omwille van noodwendigheden in de werking van de organisatie.
Bij ontslag heb je het recht om gehoord te worden.
Ontslagen worden gegeven overeenkomstig de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten. De geldende opzeggingstermijnen voor zowel contractuele als statutaire personeelsleden worden vermeld in de wet op de Arbeidsovereenkomsten (wet 3 juli 1978).
Je kan in beroep gaan tegen de ontslagbeslissing binnen één jaar bij de arbeidsrechtbank."
§3. Artikel 23.2 over ontslag wegens dringende redenen wordt verplaatst en krijgt als nieuwe nummering en titel 24.2. Ontslag wegens dringende redenen - Contractuele en statutaire medewerkers. De inhoud blijft ongewijzigd maar wordt aangevuld met: "Bij ontslag om dringende reden heb je eveneens het recht om gehoord te worden.
Ontslagen worden gegeven overeenkomstig de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.
Je kan in beroep gaan tegen de ontslagbeslissing binnen één jaar bij de arbeidsrechtbank.
§4. In artikel 24 wordt artikel 24.3. Verlies van hoedanigheid en definitieve ambtsneerlegging - statutaire medewerkers toegevoegd: "De modaliteiten inzake verlies van hoedanigheid en de definitieve ambtsneerlegging zijn omschreven in de rechtspositieregeling."
§5. Artikel 27.6 over procedure medische overmacht contractuele medewerkers wordt verplaatst en krijgt als nieuwe nummering en titel 24.4. Procedure medische overmacht - contractuele en statutaire medewerkers.
Artikel 10
In artikel 40 wordt het derde lid geschrapt: "Er werd bij de gemeente/het OCMW geen interne vertrouwenspersoon aangesteld. Medewerkers kunnen steeds terecht bij de preventieadviseur psychosociale aspecten. Dit geldt steeds als arbeidstijd, inclusief verplaatsingskosten. De preventieadviseur psychosociale aspecten is telefonisch te bereiken op het nummer 0800 100 59 (24/24)."
Artikel 11
§1. In artikel 41 over begrippen wordt punt 3. Pesterijen gewijzigd als volgt: "Gelijkaardig of uiteenlopend gedrag dat herhaaldelijk voorvalt. Dit kan zowel binnen als buiten de organisatie voorkomen en heeft tot doel of als gevolg dat:
- Het bestuur heeft geen preventieadviseur psychosociale aspecten aangeduid.
- Het bestuur heeft geen wettige interne procedure voorzien.
- Volgens de medewerker heeft de behandeling van het verzoek tot formele interventie er niet toe geleid dat een einde werd gesteld aan de feiten.
- Volgens de medewerker werd de interne procedure niet wettig toegepast.
Namens OCMW-raad,
Eddy De Mits
algemeen directeur
Nicholas Spinel
voorzitter